Goed nieuwjaar

Die mooie rooie wenst me wensen
Die me irriteren
Veel woorden
Weinig nagedacht
Ja, hij wenst mij gezondheid
Want als ik gezondheid heb
Dan zal al het andere vloeien
Dude, zeg ik
Ik heb vier chronische ziekten
Gezondheid zit er niet helemaal in hoor
Nou dan wenst hij
Dat ik mijn grenzen erken
Dat ik duidelijk mijn grenzen aangeef
En dat ik handel zoals ik zou willen
Dat anderen mij zouden behandelen
Of andersom
Ik begrijp het niet helemaal
Ik kan er niets mee
Hij toont me
Zoals hij eerder had gezegd
Dat hij flink aan zichzelf gewerkt heeft
Hij weet nu dit en dat
Wat precies, ben ik vergeten
Klinkt niet aardig he?
Ik weet het
En dat vlak voordat bepaald wordt
Wie opgeschreven zal worden
In het boek van leven
Dan moet je gaan proberen
Het goed te maken
Met je de vrienden
En de mishpoche
Geen nieuwe ruzies uitlokken!
Hij dacht eraan om bij mij langs te komen
Als hij naar de barmitswa van zijn neefje
In de States gaat
Maar ik heb al paar keer aangegeven
Dat gaat niet
Ik woon te klein
En in mijn bed is geen optie
Want daar had hij ook geen problemen mee
Zei hij eerder
Wat ik hem niet zei
Maar wel mijn waarheid is
Na een dakloze op mijn bank
Is mijn huis gesloten
Ik ben op
Ik heb energie nodig
En ben nu mijn grenzen aan het aangeven
Maar ik kan natuurlijk wel
Naar hem toe komen, zeg ik erbij
Daar moest hij over nadenken
En was hij vandaag alweer vergeten
Nogmaals proberen
Ah, ja, dat was waar
Hij vindt het een leuk idee
Maar te hectisch voor hem
Zo vlak voordat hij naar de States gaat
Aha
Nou ja, zo weet ik weer
Wie, wat, waar en waarom

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, moge-het-nieuwe-jaar-zoet-zijn-story



Posted in @home, kunst, literatuur, Mooie Rooie | Tagged , , | Leave a comment

Kom eten

U bent rechtvaardig
Oh Eeuwige
Wanneer ik met U twist
Maar ik wil toch
Rechtszaken met U voeren
Waarom slaagt de weg
Van de goddelozen?
Allen die verraad plegen
Hebben rust?
U heeft hen geplant
Ze zijn geworteld
Ze hebben fruit gedragen
U bent dichtbij
In hun mond
Maar ver
Van hun nieren
[gedachten]
Maar U, oh Eeuwige
Kent mij
U ziet mij
En U beproeft mijn hart  
Trek hen weg
Als schapen naar de slacht
En heilig hen
Voor de dag van het doden
Hoe lang zal het land rouwen?
En het gras
Van heel het veld verdorren?
Door het kwaad
Van de bewoners
Zijn beesten en vogels
Weggenomen
Want ze zeggen:
Hij zal ons einde niet zien
Want als je met voetgangers
Hebt gerend
En ze hebben je vermoeid
Hoe wil je dan strijden
Met paarden?
En in een vredig land
Waarop je vertrouwt
Hoe zal het met je gaan
In de glorie
Van de Jordaan?
Want ook je broers
En het huishouden
Van je vader
Ook zij hebben
Trouweloos tegen je gehandeld
Ook zij riepen op volle sterkte
Achter je aan
Geloof ze niet
Al spreken ze goed
Tegen je
Ik heb Mijn huis verlaten
Mijn erfdeel opgegeven
Ik heb de geliefde
Van Mijn ziel
[Jisraël]
Uitgeleverd in de hand
Van haar vijanden
Mijn erfdeel was voor Mij
Als een leeuw in het woud
Ze verhief haar stem
Tegen Mij
Daarom haatte Ik haar
Is Mijn erfdeel
Voor Mij
Een vreemde vogel?
[Jisraël]
Zijn er vogels
Om haar heen?
[die haar haten]
Ga, verzamel alle beesten
Van het veld
Kom eten
Vele herders hebben
Mijn wijngaard verwoest
Ze hebben Mijn veld vertrapt
Ze hebben Mijn begeerde veld
Tot een woestenij gemaakt
Hij heeft het
Tot een woestenij gemaakt
De woestenij is over Mij gekomen
Heel het land is verwoest
Want niemand
Neemt het ter harte
Op alle hellingen
Van de woestijn
Zijn plunderaars gekomen
Want het zwaard
Van de Eeuwige verslindt
Van het ene eind
Van het land
Naar het andere eind
Van het land
Er is geen vrede
Voor enig vlees
Ze zaaiden tarwe
En oogstten doornen
Ze werden ziek
Zonder dat het hielp
Ze werden beschaamd
Door je opbrengst
Vanwege de brandende toorn
Van de Eeuwige
Zo zegt de Eeuwige:
Over al Mijn
Kwaadaardige buren
Die het erfdeel aanraken
Dat Ik heb laten erven
Door Mijn volk, Jisraël
Zie, Ik zal hen
Uit hun land rukken
En het huis van Judah
Zal Ik uit hun midden rukken
En het zal gebeuren
Nadat Ik hen heb weggerukt
Zal Ik terugkeren
En barmhartig voor hen zijn
En Ik zal ze terugbrengen
[elk volk]
Ieder naar zijn erfdeel
En ieder naar zijn land
En het zal zijn
Als ze de wegen
Van Mijn volk leren
Om bij Mijn naam te zweren:
Zo waar de Eeuwige leeft
Zoals ze Mijn volk leerden
Om bij Ba’al te zweren
Zullen ze worden opgebouwd
In het midden
Van Mijn volk
En als ze niet zullen horen
Dan zal ik dat volk wegrukken
Uitrukken en vernietigen
Zegt de Eeuwige
(eigen vertaling)

De Eeuwige is weer niet mals
Al zal Hij Zijn barmhartigheid
Uiteindelijk tonen

Mijn huis is gepoetst
Nu nog beslissen
Of we naar Zandvoort gaan
Met dit armoedige weer
Of dat ik toch naar mijn ouders ga
Om daar samen te zijn
En te lunchen
Het is dan de eerste dag
Van Rosh Hashana
Het Joods Nieuwjaar
Wanneer de poorten zich gaan sluiten
En beslist zal worden
Wie er zal worden opgeschreven
In het boek van leven
Het is ook de dag
Dat die leuke man
Uit de caravan
Het huis gaat bezichtigen
Waar hij op 1 staat
En dat dus in principe voor hem is
Oi va voi
Moge het een goed
En zoet nieuw jaar worden

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, verheug-me-op-appeltje-met-honing-story



Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment

Zoet

Het is zaterdagochtend
Shabbat
Ik neem het niet zo nauw
Al mijn normen en waarden
Woorden en daden
Ik denk
Deze ochtend van rust
Die is van mij
En doe verboden dingen
Hoewel
Wie zegt dat het verboden is
Het is een mitswa
Om dichtbij de natuur te zijn
Oké, mijn natuur dan maar
Dat nare karakter
Hij staat op één
Tot vannacht 23:59
Hebben we elkaar wakker gehouden
Lullen over wat kan
Lekker ouwe hoeren
Hoe hij het gaat doen
En al die woorden van hoop
Om 0:00 uur
Wisten we het zeker
Hij staat op één
Hij heeft een huis
Als hij wil
Op een plek
Die hem leuk lijkt
Oi va voi
Hoe goddelijk
Redemption
Zijn verlossing

(sorry, ik had moeten vertalen
Heilige woorden
En mijn huis poetsen
Voor als mijn ouders komen
Berichtjes schrijven
Voor mijn vrienden
Zoet, dat het zoet mag zijn
Het nieuwe jaar
Misschien morgen)

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, dat-het-zoet-mag-zijn-story

Posted in @home, @Work, kunst, Land van mijn Hart, literatuur | Tagged , , , | Leave a comment

Tot in hart en nieren

Wat doet Mijn geliefde
[Jisraël]
In Mijn huis?
Terwijl velen van hen
Boze plannen smeden
En het heilige vlees
Halen ze van je weg
Want met je kwaad
Jubel je
Een bladrijke olijfboom
Sierlijk
Met prachtige vruchten
Noemde de Eeuwige je naam
Bij het geluid
Van een groot tumult
Heeft Hij
Er vuur mee aangestoken
En de takken werden gebroken
[geknakte leiders]
En de Eeuwige
Van de legermachten
Die je plantte
Sprak onheil over je uit
Over het kwaad
Van het huis van Jisraël
En van het huis van Judah
Dat zij deden tegen Mij
Om Mij te tergen
Door reukoffers te brengen
Aanr Ba’al
[afgoden]
En de Eeuwige
Liet het me weten
En ik wist het
Toen toonde U mij
Hun daden
En ik was als een mak lam
Geleid naar de slacht
En ik wist niet
Dat ze plannen
Tegen me smeedden:
Laten we zijn brood
Vergiftigen met hout
En laten we hem uitroeien
Uit het land van de levenden
Zodat zijn naam
Niet langer herinnerd wordt
Maar de Eeuwige
Van de legermachten
Is een rechtvaardige Rechter
Die zoekt tot in de nieren
En het hart
Laat mij Uw vergelding
Tegen hen zien
Want aan U
Heb ik mijn zaak onthuld
Daarom
Zo zegt de Eeuwige
Van de legermachten
Over de mannen
Van Anathoth
[geboorteplaats van Jeremiah]
Die je leven zoeken
Zij zeggen:
Je zult niet voorspellen
Uit naam van de Eeuwige
En je zult niet sterven
Door onze hand
Daarom
Zo zegt de Eeuwige
Van de legermachten:
Zie, Ik zal hen straffen
Hun jongemannen
Zullen sterven
Door het zwaard
Hun zonen
En dochters
Zullen van de honger sterven
En er zal geen restant
Van hen zijn
Want Ik zal onheil brengen
Over de mannen
Van Anathoth
In het jaar
Van hun vergelding
(eigen vertaling)

Die leuke man uit de caravan
Heeft vandaag
Zijn eerste bezichtiging gehad
Hij staat inmiddels derde
En wil het huis graag hebben
Morgen alle papieren inleveren
En dan hopen
Met heel ons hart
Hij is op het internet
Zijn woning
Al aan het inrichten
Maar gelukkig ook laconiek
Hij heeft nog twee opties
En daar staat hij eerste
Vandaag is het voorzichtig feest
Als is het maar in ons hoofd
Oi va voi
Hoe hij in hart en nieren
Gezocht heeft naar een huis
Een veilige plek voor hem
Moge hij zachtjes
En gezond
Zijn nieuwe huis betreden

Jezzebel,
Tussen water en water


Art: Pascale, there-is-hope-story


Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment

Ik zal niet horen

Het woord
Dat tot Jeremiah kwam
Vanuit de Eeuwige
Om te zeggen:
Luister naar de woorden
Van dit verbond
En spreek tot de mannen
Van Judah
En tot de inwoners
Van Jeruzalem
En je zult zeggen
Tegen hen:
Zo zei de Eeuwige God
Van Jisraël
Vervloekt is de man
Die niet luistert
Naar de woorden
Van dit verbond
Dat Ik jullie voorvaders
Geboden heb
Op de dag
Dat Ik hen
Uit het land van Egypte haalde
Uit de ijzeren smeltoven
[slavernij]
Zei Ik:
Luister naar Mijn stem
En doe het
Volgens alles
Dat Ik jullie gebied
En je zal voor Mij
Een volk zijn
En Ik zal voor jullie
Een God zijn
Om de eed te bevestigen
Die Ik aan jullie voorvaders
Gezworen heb
Om hun een land te geven
Vloeiend van melk
En honing
Zoals op deze dag
En ik antwoordde
En zei:
Amen, oh Eeuwige
En de Eeuwige zei tegen mij:
Verkondig deze woorden
In de steden van Judah
En in de straten
Van Jeruzalem
Zeg:
Luister naar de woorden
Van dit verbond
En doe ze
Want Ik heb
Jullie voorvaders
Gewaarschuwd
Op de dag
Dat ik hen uit
Het land van Egypte bracht
En tot op deze dag
Waarschuwend
Vroeg in de ochtend
Zei Ik:
Luister naar Mijn stem
Maar zij luisterden niet
Noch neigden ze hun oor
En ze gingen
Iedere man voor zich
Naar de verharding
Van zijn slechte hart
En Ik bracht over hen
Al de woorden
Van dit verbond
Die Ik geboden heb te doen
En ze deden het niet
En de Eeuwige zei tegen me:
Er is een samenzwering ontdekt
Onder de mannen van Judah
En onder de bewoners
Van Jeruzalem
Ze zijn teruggekeerd
Naar de ongerechtigheden
Van hun eerste voorvaders
Die weigerden
Mijn woorden te horen
En ze gingen achter
Andere goden aan
Om hen te dienen
Het huis van Jisraël
En het huis van Judah
Brak Mijn verbond
Dat Ik met hun voorvaders
Gesloten heb
Daarom
Zo zegt de Eeuwige:
Zie, Ik breng kwaad
Over hen
Dat ze niet kunnen
Ontvluchten
En ze zullen roepen
Tot Mij
Maar Ik zal niet
Naar hen luisteren
En ze zullen gaan
Uit de steden
Van Judah
En de bewoners van Jeruzalem
Zullen gaan
En roepen naar de goden
Voor wie ze wierook brandden
En die zullen hen niet redden
Op het moment
Van hun rampspoed
Want zo talrijk
Als je steden
Waren je goden
Oh Judah
En zo talrijk
Als de straten
Van Jeruzalem
Heb je altaren geplaatst
Voor de schandelijke zaak
Altaren om wierook te branden
Voor de Ba’al
[afgoden]
En jij
Bid niet voor dit volk
Hef geen smeekbede
Of gebed aan
Want Ik hoor niet
Op het moment
Dat ze naar Mij roepen
Vanwege hun kwaad

Jeremiah moet het woord
Van de Eeuwige verkondigen
Maar als de rampspoed
Over het huis van Jisraël
En over het huis van Judah neerdaalt
Mag de profeet niet meer smeken of bidden
De Eeuwige heeft er geen
Boodschap meer aan

Het gaat niet best
Met de man in de caravan
Op de dag voordat hij morgen
Het huis moet bezichtigen
Licht hij ziek op mijn bank
Kotsen, diarree
Een flinke kater
Het is moeilijk voor hem
Deze laatste loodjes
Maar hij krijgt hulp
De vrouw van de woningbouw
Heeft zijn illegale caravan ontdekt
Ze klopte gisteren aan
Ze heeft geen probleem gelukkig
Met zijn wagen op het eigen terrein
Geen politie om hem
Nog verder op te jagen
De elektriciteit gaat hij regelen
Bij een vriend met een haspel
En zij zal zelfs zien
Wat ze kan doen voor de woning
Waar hij naar gaat kijken
En van de zelfde woningbouw is
Maar voor hem
Is het moeilijk te verdragen
Al deze vriendelijke menselijkheid
En hij zet het op een zuipen
Die uren kruipen voorbij
Voordat hij naar de bezichtiging kan
Nu gelukkig op mijn bank
Waar ik weet dat hij veilig is
En ik over hem zal redderen
Oi va voi, hoe ik smeekbedes aanhef
Naar de Eeuwige
Hoor en red, please!

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, keep-walking-story


Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment

Al mijn touwen zijn gebroken

Verzamel uit het land
Je koopwaar
Jij
Die in de versterkte stad zit
Want zo zegt de Eeuwige:
Zie, Ik zal de inwoners
Van het land slingeren
Deze keer
En Ik zal benauwdheid
Over hen storten
Zodat ze het vinden
[hun verdiende loon]
Oi vee voor mij
Voor mijn gebrokenheid
Mijn wond is pijnlijk
En ik zei:
Dit is slechts een ziekte
En ik zal het dragen
Mijn tent is verwoest
[Jeruzalem spreekt]
Al mijn touwen zijn gebroken
Mijn kinderen
Hebben me verlaten
En ze zijn niet hier
Niemand spant mijn tent meer
Of hangt de voorhang op
Want de herders
[koningen]
Zijn verdwaasd
En ze zochten de Eeuwige niet
Daarom hebben ze geen
Voorspoed gehad
En al hun kudden
Zijn verstrooid
Hoor!
Een gerucht
Zie het komt!
Een groot tumult
Uit het Noorder land
Om van de steden van Judah
Een woestenij te maken
Een hol voor jakhalzen
Ik weet
Oh Eeuwige
Dat de weg van de mens
Niet van hemzelf is
Het is niet aan de man
Die gaat
Om zijn stappen
Voor te bereiden
Corrigeer me
Oh Eeuwige
Maar met rechtvaardigheid
Niet met Uw toorn
Zodat U mij niet vermindert
Stort Uw toorn uit
Over de volkeren
Die U niet kennen
En over de families
Die Uw naam
Niet hebben aangeroepen
Want zij hebben
Ja’acov verslonden
En hem verteerd
En hem vernietigd
En zijn verblijfplaats verwoest
(eigen vertaling)

Het zijn dagen waarin ik me
Niet al te best voel
Zenuwachtig, opgejaagd
Fladderend hart
Ik moet rust gaan nemen
Beter op mezelf passen
Goed eten
Veel slapen
En proberen
Me niet te druk te maken
Om de man in de caravan
Die donderdag een bezichtiging heeft
Voor een huis
Maar op de vierde plaats staat
En het niet meer houdt
Veel zuipt en wat dies meer zij
Op zijn geheime schuilplaats
Wanneer zijn trauma’s
Hem bezoeken
Het soms uitschreeuwt
Als ik met bonkend hart
In mijn bed lig
En met heel mijn hart hoop
Dat het goed komt met hem

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, rustig-aan-story



Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment

Wind uit de schatkamers

Luister naar het woord
Dat de Eeuwige heeft gesproken
Over jullie
Oh huis van Jisraël
Zo zegt de Eeuwige:
Leer de weg
Van de volkeren niet
En vrees niet
Voor de tekenen
Van de hemel
Want de volkeren
Vrezen daar voor
Want de gebruiken
Van de volkeren
Zijn ijdele leegte
Want het is slechts hout
Dat men uit het bos hakt
En het handwerk
Van een vakman
Met een beitel
Met zilver en goud
Versiert hij het
Met spijkers en hamers
Versterken ze het
Zodat het niet wankelt
Als een palmtak
Worden ze geslagen
En ze spreken niet
Ze worden gedragen
Omdat ze niet kunnen lopen
Wees niet bang voor hen
Want ze zullen
Geen kwaad doen
En ook goeddoen
Is niet in hen
Er is niemand als U
Oh Eeuwige
U bent groot
En Uw naam is groot
In kracht
Wie zal U niet vrezen
Oh Koning
Van de volkeren
Want het past U
Want onder alle wijze mannen
Van de volkeren
En in al hun koninkrijken
Is er niemand zoals U
Maar met één ding
Zijn ze dom en dwaas
De afgoden
Waarvoor ze gestraft
Zullen worden
Zijn slechts van hout
Geslagen zilver
Wordt uit Tarshish gebracht
En goud uit Ufaz
Het werk van een vakman
En de handen van een smid
Hun kleding is hemelsblauw
En purper
[koninklijk]
En alleen het werk
Van kundige mannen
Maar de Eeuwige
Is de ware God
Hij is een levende God
En de Koning
Van de wereld
Door zijn toorn
Beeft de aarde
En de volkeren
Kunnen Zijn woede
Niet verdragen
Zo zul je zeggen
Tegen hen:
De goden
Die de hemel
En de aarde
Niet maakten
Zullen
Van de aarde vergaan
En van onder de hemel
Hij maakte de aarde
Met Zijn kracht
Hij vestigde de wereld
Met Zijn wijsheid
En met Zijn begrip
Spande Hij de hemel uit
Bij het geluid
Van Zijn stem
Is er een tumult
Van water in de hemel
En Hij liet nevels opstijgen
Van de einden van de aarde
Hij maakte bliksem
Voor de regen
En haalde wind
Uit Zijn schatkamers
Ieder mens is dom
Zonder kennis
Iedere smid
Wordt beschaamd
Door het gesneden beeld
Want het gegoten beeld
Is vals
En er is geen geest in hen
Ze zijn ijdele leegte
Werk van bedrog
Tijdens hun bezoeking
Zullen ze vergaan
Niet zoals deze
Is het deel van Ja’acov
Want Hij is degene
Die alles vorm gaf
En Jisraël is de stam
Van Zijn erfgoed
De Eeuwige
Van de legermachten
Is Zijn naam
(eigen vertaling)

Het is zondagochtend vroeg
Ik sta al te poetsen
Voor als mijn ouders komen
Een dik weekje later
Dan wil ik dat het huis
Weer schoon is
Weinig aan gedaan
Laatste weken
Van eerst onthand in het gips
Tot later een huisgenoot
Kwam het er niet van
Ja wel een snelle lap of doek
Maar niet grondig gepoetst
Dan maar grote schoonmaak
Voor het Joodse nieuwjaar
Ik, maar ook mijn huis
Worden daar rustig van
Morgen wordt de wind
Uit de schatkamers gehaald

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, je-doet-wat-je-kan-story



Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment

Heel het huis met het onbesneden hart

Wie is de man
De wijze
Die dit begrijpt?
En wie is hij
Tot wie de mond
Van de Eeuwige
Heeft gesproken
Dat hij het kan verkondigen?
Waarom is het land verwoest
Verdord als een woestijn
Zonder dat er iemand
Doorheen trekt?
En de Eeuwige zei:
Omdat ze Mijn Torah
Hebben verlaten
Die Ik voor hun gezichten
Heb gelegd
En zij niet naar Mijn stem
Hebben geluisterd
En ze zijn daar niet in meegegaan
Maar ze zijn naar de neiging
Van hun eigen hart gegaan
En achter de Ba’aliem aan
[afgoden]
Die hun vaders
Hen geleerd hebben
Daarom zo zei de Eeuwige
Van de legermachten
De God van Jisraël
Zie, Ik zal ze voeden
Dit volk
Met alsem
[bitter kruid]
En ze giftig water
[slangengif]
Te drinken geven
Ik zal hen verstrooien
Onder de volkeren
Die zij
Noch hun vaders
Hebben gekend
En Ik zal het zwaard
Achter hen aansturen
Totdat Ik hen vernietigd heb
Zo zei de Eeuwige
Van de legermachten:
Overweeg
En roep de klaagvrouwen
Om te rouwen
Dat zij komen
En stuur de wijze vrouwen
Dat zij komen
Laten zij zich haasten
En een klaagzang
Over ons aanheffen
Zodat onze ogen
Tranen vergieten
En onze oogleden
Water laten stromen
Want een geluid
Van diepe rouw
Wordt gehoord uit Tzion:
Hoe we zijn verwoest!
We zijn zeer beschaamd
Omdat we het land
Hebben verlaten
Omdat zij onze verblijfplaatsen
Hebben neergehaald!
Hoor toch vrouwen
Het woord van de Eeuwige
En laat je oor het woord
Van Zijn mond ontvangen
Leer je dochters
Een klaagzang
En ieder aan haar buur
Een treurlied
Want de dood
Is door onze vensters
Opgestegen
Het is in onze paleizen gekomen
Om de zuigelingen
Van buiten af te snijden
En de jonge mannen
Van de pleinen
Spreek
Zo zegt de Eeuwige
Werkelijk
Het lijk van de mens
Zal vallen als mest
Op het open veld
En als schoven
Achter de maaier
Zonder dat iemand
Ze verzamelt!
Zo zegt de Eeuwige:
Laat de wijze man
Niet pochen
Over zijn wijsheid
En laat de sterke man
Niet pochen
Over zijn kracht
En laat de rijke man
Niet pochen
Over zijn rijkdom
Maar wie zich beroemt
Laat hij pochen over
Dat hij Mij begrijpt
En kent
Want Ik ben de Eeuwige
Die vriendelijkheid beoefent
Recht en gerechtigheid
Op aarde
Want in deze dingen
Heb Ik plezier
Zegt de Eeuwige
Zie, dagen komen
Zegt de Eeuwige
Wanneer Ik elke besnedene
Zal straffen met zijn
Onbesnedenheid
Egypte
Judah
Edom
De kinde n van Ammon
Moab
En allen
Die naar de hoeken
Zijn geworpen
Die in de woestijn wonen
Want alle volkeren
Zijn onbesneden
En heel het huis van Jisraël
Heeft een onbesneden hart
(eigen vertaling)

Ik hou van de bijbel
Heb je gezien hoe de Eeuwige
Een dringend beroep
Op de vrouwen doet
Met hun stem
Kunnen ze wonderen verrichten
Want het is niet genoeg voor de Eeuwige
Je kind te besnijden
En daarmee Zijn verbond te eren
Zoals in de Torah staat
Als je hart onbesneden is
Dan is het niets waard
Het gaat niet om de uiterlijke toestanden
Waar is je geest, dat is de vraag

Vandaag is een dag
Van haasten en vliegen
Ik wil zoveel
En krijg zo weinig uit handen
Zoveel mensen plezieren
Glaasje sinas op de bank
Voor de man in de caravan
Die gisteren weer veel gedronken heeft
En vandaag veel later
Nogal brak op mijn bank ploft
Maar ik moet mijn moeder bellen
Reünie van B&B Vol Liefde doorspreken
Vroeg in de ochtend
Luister ik nog wat podcasts
Om goed beslagen
Bij mijn moeder
Voor de dag te komen
Daarna probeer ik mijn vloer
Te fixen
Enorme put van iets
Ik weet bij God niet meer wat
Dat hij er in grote woede
Op kapot heeft gegooid
Met een stukje laminaat
En wat houtlijm
Het wordt natuurlijk
Houtje-touwtje-lelijk
En toch doe ik mijn best
Over een weekje komen mijn ouders
Dan is het wat het is
Of ik nog een kopje thee kom drinken
In de caravan
Hij heeft munt gehaald
Dat is goed
Maar echt niet lang
Daarna bel ik die mooie rooie
Verschoon mijn bed
Was de zoveelste lading
Ook zijn kleding
En dan pas
Kan ik mijn stuk schrijven
Waarom doe je dat?
Vroeg hij laatst
Het antwoord nooit helemaal duidelijk
Maar nu wel
Omdat ik er rustig van word
Ik vind het fijn
Om na te denken

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, shabbat-shalom-story


Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Mooie Rooie, Own Art | Tagged , , , , | Leave a comment

Over de woestijn een klaaglied

Oi vav oi had ik maar
In de woestijn
Een herberg voor reizigers
Dan zou ik mijn volk verlaten
En weg van hen gaan!
Want ze zijn overspelig
Een gezelschap van verraders
Zij spannen hun tong
Als een boog van leugen
En ze zijn machtig geworden
In het land
Maar niet omwille van de waarheid
Want ze gingen van kwaad
Tot kwaad
En ze kennen Mij niet
Zegt de Eeuwige
Laat een ieder oppassen
Voor zijn naaste
En vertrouw geen enkele broeder
Want iedere broeder
Zal met sluwheid bedriegen
En iedere naaste
Verspreidt laster
Werkelijk
Iedereen bedriegt de ander
En ze spreken geen waarheid
Ze hebben hun tong geleerd
Leugens te spreken
Ze matten zich af
Met onrecht
Je verblijft midden in bedrog
Door bedrog weigeren ze
Mij te kennen
Zegt de Eeuwige
Daarom
Zo zegt de Eeuwige
Van de legermachten
Zie, Ik zal hen zuiveren
En beproeven
Want wat anders
Kan Ik doen
Vanwege de slechtheid
Van de dochter
Van Mijn volk?
Hun tong is een geslepen pijl
Die spreekt bedrog
Ieder spreekt vredig
Met zijn mond
Tegen zijn buurman
Maar in zijn binnenste
Legt hij een hinderlaag
Zal Ik hen niet straffen
Voor deze dingen?
Zegt de Eeuwige
Zal Mijn ziel zich
Niet wreken
Op zo’n volk als dit?
Ik zal huilen en jammeren
Over de bergen
En over de weiden
Van de woestijn
Een klaaglied
Want ze zijn verdord
Zonder dat iemand erdoor trekt
En het loeien van het vee
Wordt niet gehoord
Zowel de vogels van de hemel
Als de beesten zijn gevlucht
En weggegaan
En Ik zal Jeruzalem
Tot ruïnes maken
Een hol voor jakhalzen
En Ik zal van de steden
Van Judah
Een woestenij maken
Zonder inwoner
(eigen vertaling)

Het is weer niet misselijk
Wat de Eeuwige van plan is
Zijn woede raast maar voort

Die mooie rooie probeert me
Te pakken te krijgen
Maar ik heb het druk
Met de man van de bank
In de caravan te krijgen
Ik heb niet veel tijd
Voor die mooie rooie
En eerlijk
Ik zou eigenlijk weleens
Met rust willen worden gelaten
Die rooie heeft allerlei sores
Waarvan ik de kleinste details ken
Over de bonje met zijn zoon
Maar veel oor
Voor mijn toestanden
Heeft hij niet
Ik heb even geen ruimte meer
Voor nog meer verhalen
Over pijn en verdriet

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, uitgeput-story





Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Mooie Rooie, Own Art | Tagged , , | Leave a comment

De oogst voorbij de zomer geëindigd

Ik zal hen volledig
Vernietigen
Zegt de Eeuwige
Er zullen geen druiven
Aan de wijnstok zijn
Geen vijgen
Aan de vijgenboom
Zelfs de bladeren
Zullen verschrompelen
Want wat Ik hen gaf
Hebben zij overtreden
Waarom blijven we zitten?
Verzamel
En laten we naar de
Versterkte steden gaan
Laten we in stilte zitten
Want de Eeuwige
Onze God
Heeft ons tot zwijgen gebracht
En heeft ons vergiftigd water
Te drinken gegeven
Omdat we gezondigd hebben
Tegen de Eeuwige
We hoopten op vrede
Maar er kwam geen goeds
Op het moment van genezing
Maar zie, verschrikking
Vanuit Dan
Wordt het gesnuif
Van hun paarden gehoord
Bij het geluid
Van het hinniken
Van hun hengsten
Schudt het hele land
Ze komen
En verslinden het land
En zijn opbrengst
De stad
En zij die daarin wonen
Want zie
Ik stuur je slangen
Adders
Die niet te bezweren zijn
En ze zullen je bijten
Zegt de Eeuwige
Als ik mijn verdriet
Zou onderdrukken
Dan is mijn hart ziek in me
Hoor de stem
Uit een ver land
De schreeuw
Van de dochter
Van Mijn volk
Is de Eeuwige niet in Tzion?
Is haar koning daar niet?
Waarom hebben ze Mij
Boos gemaakt
Met hun gesneden beelden
Met hun vreemde ijdelheid?
De oogst is voorbij
De zomer geëindigd
En we zijn niet gered
[door hulp uit Egypte]
Om de wond
Van de dochter
Van mijn Volk
Ben ik gebroken
Ik rouw
En ben verbijsterd
Is er geen balsem
In Gilead?
Is daar geen arts?
Waarom dan
Is de genezing
Van de dochter
Van mijn volk
Niet gekomen?
Oi vav oi
Dat mijn hoofd
Vol water was
En mijn ogen
Fonteinen van tranen
Zodat ik dag en nacht
Kon huilen
Over de gesneuvelden
Van de dochter
Van mijn volk
(eigen vertaling)

Het gaat niet goed
Met de kinderen van Jisraël
Ze hopen op hulp uit Egypte
Maar de Eeuwige
Heeft het over slangen
Die niet te bezweren zijn
Hij zal ze totaal vernietigen

In de ochtend is er paniek
Hij is uitgenodigd voor bezichtiging
Van een huis
Staat op nummer vier
Maar… het is in Heemstede
En dat valt niet onder Haarlem
En hoe moet het dan financieel?
En alle steun en toeverlaat
Die hij nu van speciale instanties krijgt?
Hij heeft er meteen buikpijn van
Het kan toch niet zo zijn
Dat hij van dakloosheid
Meteen met een enorme schuld zit
Nu hij kans op een huis heeft?
Zijn team
Waar hij vanochtend gelukkig
Afspraak mee had
Weet hem gerust te stellen
Er zijn potjes
Waar hij gebruik van kan maken
Om zijn uitkering van de ene gemeente
Naar de andere te overbruggen
Ze geven hem aanvraagformulieren
Papieren en heel wat toestanden mee
Zodra dat huis van hem is
Dan gaan ze het samen aanvragen
Alles waar hij recht op heeft
Moge hij goed thuiskomen

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, bijna-thuis-story

Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , , | Leave a comment