Dit zal een teken voor je zijn

En dit zal
Een teken voor je zijn
Dit jaar zul je eten
Wat vanzelf groeit
En het volgende jaar
Wat groeit
Van de boomstronken
En het derde jaar
Zul je zaaien en oogsten
Wijngaarden planten
En hun vruchten eten
En de overgebleven overlevenden
Van het huis van Judah
Zullen doorgaan onderaan
Te wortelen
En bovenaan vrucht te dragen
Want uit Jeruzalem
Zal een overblijfsel komen
En overlevenden
Van de Tzion berg
Hier zal de heilige ijver
Van de Eeuwige
Van de legermachten
Voor zorgen
Daarom,
Zo heeft de Eeuwige
Gezegd over
De koning van Assyrië:
Hij zal deze stad
Niet binnenkomen
Noch zal hij daar
Een pijl afschieten
Noch zal hij er
Met een schild
Tegen oprukken
Noch zal hij er
Een belegeringsheuvel
Tegen opwerpen
Langs de weg
Waarop hij gekomen is
Zal hij terugkeren
En deze stad
Zal hij niet binnenkomen
Zegt de Eeuwige
En Ik zal deze stad
Beschermen
Om haar te redden
Voor Mezelf
En voor Mijn dienaar David
En een engel
Van de Eeuwige
Ging vooruit
En doodde
Honderdvijfentachtigduizend man
In het kamp
Van Assyrië
En ze stonden
De volgende ochtend op
En zie
Er waren overal
Dode lichamen
En Sennacherib
De koning van Assyrië
Vertrok en ging weg
En hij keerde terug
En verbleef in Nineveh
En hij boog zich neer
In de tempel van Nisroch
Zijn god
En Adramelech en Sharetzer
Zijn zonen
Doodden hem
Met het zwaard
En ze vluchtten
Naar het land van Ararat
En zijn zoon Esarchaddon
Regeerde in zijn plaats
(eigen vertaling)

God houdt woord
Geen pijl wordt er afgeschoten
Door Assyrië in Jeruzalem
Sennacherib wordt vermoord
Door zijn eigen zonen
En voor de kinderen van Jisraël
Zal er gezorgd worden
De Eeuwige zal hen voedsel geven
Van de bomen en stronken
Die over zijn gebleven
En in het derde jaar
Zullen ze zelf weer
Zaaien en oogsten
En daar de vruchten van plukken

Het balkon
Is een lust voor het oog
En nog is niet alles opgekomen
Ik ben dol op het gipskruid
Dat ik overal
Tussendoor heb gezaaid
De klaprozen
Die niet heel groot zijn
Geven toch een prachtig effect
Tussen al die witte bloemetjes
Er zijn wilde viooltjes
Aan komen waaien
En er groeit zowaar een framboosje
De aardbeien doen het geweldig
En telkens als ik buiten ben
Voel ik me gekoesterd
In schoonheid

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, troost-story

This entry was posted in @home, Blijf me gezond, kunst, literatuur and tagged , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.