Van wachttoren tot versterkte stad

En het gebeurde
In het derde jaar
Van Hoshea
De zoon van Elah
De koning van Jisraël
Dat Chizkiah
De zoon van Achaz
De koning van Judah
Koning werd
Hij was vijfentwintig jaar oud
Toen hij koning werd
En hij regeerde
Voor negenentwintig jaar
In Jeruzalem
En zijn moeders naam was Abi
De dochter van Zechariah
En hij deed wat recht was
In de ogen van de Eeuwige
Zoals alles
Wat zijn vader David
Had gedaan
Hij schafte
De hoge plaatsen af
En verbrijzelde de beelden
En hakte de asherah om
En verpletterde
De koperen slang
Die Moshé had gemaakt
Want tot die dagen
Verbrandden de kinderen
Van Jisraël er wierook
En hij noemde het nechoeshtan*
Hij vertrouwde
Op de God van Jisraël
Er was geen als hij
Onder alle koningen
Van Judah
Die na hem kwamen
Noch die voor hem waren
Hij kleefde aan de Eeuwige
Hij keerde zich niet
Van Hem af
Hij hield Zijn geboden
Die Hij Moshé
Had geboden
Nu was de Eeuwige met hem
In alles wat hij ondernam
Slaagde hij
En hij kwam in opstand
Tegen de koning van Assyrië
En diende hem niet
Hij versloeg de Filistijnen
Tot aan Gaza
En zijn grenzen
Van wachttoren
Tot versterkte stad
En het was in het vierde jaar
Van koning Chizkiah
Dat is het zevende jaar
Van Hoshea
De zoon van Elah
Koning van Jisraël
Dat Shalmaneser
De koning van Assyrië
Optrok naar Samaria
En het belegerde
En ze veroverden het
Aan het eind van drie jaar
In het zesde jaar van Chizkiah
Het negende jaar
Van Hoshea
Koning van Jisraël
Toen werd Samaria veroverd
En de koning van Assyrië
Deporteerde Jisraël
Naar Assyrië
En hij vestigde hen
In Chalah
In Chabor
De rivier Gozan
En in de steden van Medië
Omdat ze de Eeuwige
Hun God
Niet gehoorzaamden
En Zijn verbond overtraden
Alles dat hij Moshé had geboden
De dienaar van de Eeuwige
En ze gehoorzaamden niet
Noch deden ze Zijn wil
(eigen vertaling)

*Nechoeshtan betekent:
Koper ding of stuk koper
Het verwijst naar
De slang die Moshé maakte
En wij ook kennen
Als de esculaap
Symbool van de geneeskunde
Oorspronkelijk genazen mensen
Van een slangenbeet als ze er naar keken
Maar in de tijd van Chizkiah
Gebruikt het volk de slang
Als god op zich
Een voorwerp dat ze aanbaden
En dat is niet toegestaan
Daarom vernietigde de koning het
En noemde het nechoeshtan
Slechts een koperen ding

Gisteren verrukkelijke dag
Op het balkon in de zon
Bewonderen mijn wietvriendin
En ik
De narcis knop
Die werkelijk al wat gelig lijkt
We zien het bijna openen
Ja, zegt ze, het is als bij de bomen
Nu zit er nog geen blad aan
Maar straks
Worden ze wakker
Nemen een ademteug
En komen er blaadjes aan
Vandaag in de druilregen
Is de narcis tikkeltje geopend
En heeft adem gehaald

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, let-it-blossem-let-it-grow-story

This entry was posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.