In opstand

In het vijfde jaar van Joram
De zoon van Achav
De koning van Jisraël
En Jehoshafat
Koning van Judah
Werd Jehoram
Koning van Juda
Hij was tweeëndertig jaar oud
Toen hij koning werd
En hij regeerde acht jaar
In Jeruzalem
Hij ging de weg
Van de koningen
Van Jisraël
Zoals het huis van Achav
Had gedaan
Want een dochter
Van Achav
Werd zijn vrouw
En hij deed wat slecht was
In de ogen van God
Nu was de Eeuwige
Niet bereid
Om Judah te vernietigen
Omwille van zijn dienaar David
Zoals Hij tegen hem zei
Hem een koninkrijk te geven
Voor zijn kinderen
Voor altijd
In zijn dagen kwam
Edom in opstand
Onder de macht van Judah
En zij wezen een koning
Over zichzelf aan
En Joram trok naar Tzaïrah
En alle strijdwagens
Waren met hem
En hij stond ’s nachts op
En sloeg de Edomieten
Die hem omringden
En de officieren van de strijdwagens
En de mensen vluchtten
Naar hun verblijven
En Edom kwam in opstand
Onder de macht van Judah
Tot op deze dag
Toen kwam ook Livnah
In opstand in die tijd
En de overige gebeurtenissen
Van Joram
En alles wat hij deed
Staat geschreven
In het boek van
De kronieken van
De koningen van Judah
En Joram sliep met zijn voorvaders
En hij werd begraven
Met zijn voorvaders
In de stad van David
En Achaziah, zijn zoon
Regeerde in zijn plaats
In het twaalfde jaar van Joram
De zoon van Achav
Koning van Jisraël
Regeerde Achaziah
De zoon van Jehoram
Over Judah
Achaziah was
Tweeëntwintig jaar oud
Toen hij regeerde
En één jaar regeerde hij
In Jeruzalem
En zijn moeders naam was Ataliah
De dochter van Omri
Koning van Jisraël
En hij ging op de weg
Van het huis van Achav
En hij deed wat kwaad was
In de ogen van Eeuwige
Zoals het huis van Achav
Want hij was de schoonzoon
Van het huis van Achav
En hij trok met Joram
De zoon van Achav
Ten strijden tegen Chazaël
Koning van Aram
In Ramoth Gilead
En de Arameeërs
Sloegen Joram
En koning Joram
Keerde terug naar Jezreël
Om te herstellen
Van de wonden
Die de Aramaeeërs hem
Hadden toegebracht
In Ramah
Toen hij vocht met Chazaël
Koning van Aram
En Achaziah
De zoon van Jehoram
Koning van Judah
Ging naar beneden
Om Joram de zoon van Achav
Te zien in Jezreël
Omdat hij ziek was
(eigen vertaling)

Verwarrend stuk
Omdat we te maken hebben
Met twee koningen
Wier namen erg op elkaar lijken
En ook nog eens
Tegelijkertijd aan de macht waren
Jehoram (ook Joram genoemd)
Was de zoon van Jehoshafat
Koning van Judah
Joram was de zoon van Achav
Koning van Jisraël
Tot zover de huishoudelijke
Mededelingen

Ik heb alwéér bonje gemaakt
Met mijn wietvriendin
Ik weet het
Niet zo leuk van mij
Maar ik kan er niet langer tegen
Dat futloze, energieloze lamenteren
Nergens zin in hebben
Behalve over zichzelf praten
Tot in de oneindige details
Ik wil actie
Mijn bloed bruist
Nu van woede
Ik heb de deur met een klap
Dicht getrokken
Ze schreeuwde nog over de gang:
Wil je die keramieken dingetjes terug
Of zal ik ze weggooien?
Maar daar heb ik niet meer
Op gereageerd
Vreet ze op voor mijn part!

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, it’s-the-end-of-the-world-as-we-know-it-and-I-feel-fine-story



This entry was posted in @home, Bonje in het bejaardenhuis, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.