Alle dappere mannen stonden op

En de Filistijnen vochten met Jisraël
En de mannen van Jisraël
Vluchtten voor de Filistijnen
En gesneuvelden vielen op de berg Gilboa
En de Filistijnen achterhaalden Shaul
En zijn zonen
En de Filistijnen doodden Jonathan
En Avinadav
En Malchishua
Shauls zonen
En de strijd viel Shaul zwaar
En de boogschutters vonden hem
En hij was heel bang
Voor de boogschutters
En Shaul zei tegen zijn wapendrager:
Trek je zwaard
En snijd me ermee doormidden
Zodat deze onbesneden mannen
Niet komen en me doorklieven
En me bespotten
Maar zijn wapendrager wilde niet
Want hij was erg bang
En Shaul naam het zwaard
En viel erop
En zijn wapendrager zag
Dat Shaul gestorven was
En hij viel ook op zijn zwaard
En stierf met hem
En Shaul en zijn drie zonen
En zijn wapendrager stierven
Ook al zijn mannen stierven
Die dag samen
En de mannen van Jisraël
Die aan de andere kant
Van de vallei waren
En die aan de andere kant
Van de Jordaan waren
Zagen dat de mannen van Jisraël
Waren gevlucht
En dat Shaul en zijn drie zonen
Waren gestorven
En zij verlieten de steden
En vluchtten
En de Filistijnen kwamen
En bezetten ze
En het was de volgende ochtend
Dat de Filistijnen kwamen
Om de gesneuvelden te plunderen
En ze vonden Shaul en zijn zonen
Liggend op de berg Gilboa
En ze hakten zijn hoofd af
En ontdeden hem van zijn harnas
En ze stuurden ze rond
In het land van de Filistijnen
Om het nieuws te verspreiden
Naar het huis van hun afgoden
En naar het volk
En zij plaatsten zijn harnas
In het huis van Astarte
En ze spietsten zijn lichaam
Aan de muur van Beth Shan
En de inwoners van Jabesh
In Gilead
Hoorden van hem
Dat wat de Filistijnen
Met Shaul hadden gedaan
En alle dappere mannen
Stonden op
En gingen de hele nacht door
En namen Shauls lichaam
En de lichamen van zijn zonen
Van de muur van Beth Shan
En zij kwamen naar Jabesh
En verbrandden voor hen daar
En ze namen hun beenderen
En begroeven ze
Onder de boom in Jabesh
En ze vastten zeven dagen

Ach, die arme Shaul
Zo aan zijn einde gekomen
Van een toch al niet gemakkelijk leven
Waar hij bezeten werd
Door de kwade geest van de Eeuwige
Nu eindigt hij onthoofd
Aan de muur
Van een Filistijnse tempel genageld
Hiermee eindigt Samuel I

Ze is dakloos
En hij die rijdt
Heeft haar ergens met hond
In Almere opgepikt
Wat hij in Almere deed
Vertelt het verhaal niet
Te ingewikkeld, zegt hij
In het kort
Het kwam door haar hond
Ze is Amerikaanse
Mooie zwarte vrouw
Een meisje nog
Ze gaat mee naar het museum
Mijn wietvriendin
Zat meteen in de hoogste boom
Belde in paniek van te voren
Hij wil een dakloze mee
Prima, zeg ik
Leuk, nieuwe verhalen
Gaat leuk worden
En ze legt zich erbij neer
In de auto vraag ik haar
Naar waar ze vandaan komt
Florida
Ik vraag door
In de buurt van Orlando
Wat heeft ze gedaan
En wat wil ze
Misschien ken ik iemand die
Maar ze haakt al snel af
Daar wil ze niet over praten
Ik weet waar zij vandaan komt
Florida Projects
Opgegroeid in de schaduw
Van een Disney sprookje
Dichtbij Orlando
Ik vertel het als we thuis zijn
Aan mijn wietvriendin
Die schrikbarend weinig kennis heeft
Van de wereld buiten zichzelf
En van Amerika al helemaal
Weinig weet
Ik raad je die film aan, zeg ik
Maar zij zegt:
Ik denk niet dat ik die film hoef te zien
Want ik denk dat ik het al weet
Ik ontplof werkelijk
Ik vind het dom, zeg ik hard
Je kunt je kennis verbreden
Je hart open stellen
En de wereld beetje beter begrijpen
Maar ja, jij weet het allemaal al
En zo was ik toch weer
Uit mijn slof geschoten

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, make-this-world-a-better-place-if-you-can-story





This entry was posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.