Loeiend terwijl ze gingen

En de mannen deden het zo
Zij namen twee melkkoeien
En spanden ze voor de wagen
En hun jongen sloten ze op in het huis
En ze plaatsten de Ark van de Eeuwige
Op de wagen
En de kist met de gouden muizen
En de beelden van hun aambeien
En de koeien gingen direct de weg op
Naar Beth Shemesh
Op één doorgaande weg
Loeiend terwijl ze gingen
En ze draaiden zich noch naar rechts
Noch naar links
En de vorsten van de Filistijnen
Gingen met hen mee
Zover als tot aan de grens van Beth Shemesh
Nu waren de inwoners van Beth Shemesh
De tarweoogst aan het binnenhalen in de vallei
En zij hieven hun ogen op
En zagen de Ark
En zij verheugden zich om het te zien
En de wagen was gekomen
Naar het veld van Joshua
De Beth Shemeshiet
En stond daar stil
Er was een enorme steen
En zij kliefden het hout
En de koeien offerden ze
Als een brandoffer aan de Eeuwige
En de Levieten haalden
De Ark van de Eeuwige naar beneden
En de kist die erbij was
Waarin de gouden objecten waren
En ze plaatsten ze op de enorme steen
En de mannen van Beth Shemesh
Brachten hun brandoffers
En slachtten op die dag offers
Voor de Eeuwige
En de vijf prinsen van de Filistijnen
Hadden het gezien
En zij keerden die dag
Terug naar Ekron
En dit waren de gouden aambeien
Die de Filistijnen hadden gestuurd
Als een schuldoffer voor de Eeuwige
Eén voor Ashdod
Eén voor Gaza
Eén voor Ashkelon
En één voor Gath
En één voor Ekron
En de gouden muizen waren volgens het aantal
Van alle steden van de Filistijnen
Die tot de vijf prinsen behoorden
Van versterkte stad tot open dorp
En zelfs tot de grote steen
Waarop ze de Ark van de Eeuwige
Geplaatst hadden
Dat is tot op deze dag
In het veld van Joshua de Beth Shemeshiet
En Hij sloeg het volk van Beth Shemesh
Want zij hadden naar de Ark van de Eeuwige gestaard
En Hij sloeg van het volk zeventig man
Vijftigduizend man
En het volk rouwde
Want de Eeuwige had een grote slag
Toegebracht aan het volk
En de mannen van Beth Shemesh zeiden:
Wie zal in staat zijn voor de Eeuwige te staan
Deze heilige God?
En naar wie zal het van ons opgaan?
En ze stuurden boodschappers
Naar de inwoners van Kiriat Jearim
En zeiden:
De Filistijnen hebben de Ark van de Eeuwige teruggebracht
Kom naar beneden
En neem het met jullie mee naar boven
(eigen vertaling)

En zo komt de Ark van de Eeuwige
Weer terug bij de kinderen van Jisraël
Die zich nu mochten verheugen
Op tientallen gouden muizen
En vijftal beelden van Filistijnse aambeien
Het verhaal blijft zeer wonderlijk

Sinds ik
Afkloppen
Al een tijd geen oogontsteking meer heb
Moge het zo lang mogelijk wegblijven
Heb ik een nieuwe bril
Voor mezelf laten aanmeten
Hopelijk komt die snel
Want mijn ogen zijn achteruit gegaan
Met keramiek merkte ik het
Sommige dingen zag ik niet scherp meer
Het resultaat was ook minder scherp
Maar ik geloof niet dat iemand dat gezien heeft
Zo heel goed werd er daar niet gekeken
En zo overpeins je alle stappen
Die je onderneemt
Als je ergens je best voor wilt doen
Totdat ze je buiten sluiten
Want je persoonlijkheid dit en dat
Uiteindelijk zit je op de financiële blaren
Temper dat enthousiasme!
Voor de volgende keer

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, chaos-theory-story-of-hoe-alles-met-alles-te-maken-heeft-story



This entry was posted in @home, keramiek freak, kunst, literatuur, Own Art and tagged , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.