In de richting van de opkomende zon

En dit zijn de koningen van het land
Die de kinderen van Jisraël versloegen
En van wie ze hun land in bezit namen
Aan de andere kant van de Jordaan
In de richting van de opkomende zon
Van de rivier de Arnon
Tot aan de berg Hermon
En heel de vlakte in het oosten
Sichon koning van de Amorieten
Die in Cheshbon woonde
En heerste over ‘Aroer
Dat aan de oever de rivier de Arnon ligt
En de helft van de rivier
En over half Gilead
En de rivier Jabbok
Dat de grens is
Van de kinderen van ‘Ammon
En de vlakte
Tot aan de zee van Chinneroth
In het oosten
En tot aan de zee van de vlakte
De zoute zee in het oosten
De weg naar Beth Hajeshimoth
En vanuit het zuiden
Onder de watervallen van Pisgah
En de grens van ‘Og
Koning van Basham
Overblijfsel van de reuzen
Die in Ashtaroth woonden
En in Edrei
En die heerste over de Hermon
En over Salcah
En over heel Bashan
Tot aan de grens van de Geshurieten
En de Maachathieten
En de helft van Gilead
De grens van Sichon
Koning van Cheshbon
Moshé, de dienaar van de Eeuwige
En de kinderen van Jisraël versloegen hen
En Moshé, de dienaar van de Eeuwige
Gaf het als erfdeel aan de Rubenieten
De Gadieten en de halve stam van Manasseh
En dit zijn de koningen van het land
Die Joshua
En de kinderen van Jisraël versloegen
Aan deze kant van de Jordaan
In het westen
Van Ba’al Gad in de vallei van Libanon
Naar de glooiende verdeelde berg
Die omhoog gaat tot Seir
En Joshua gaf het aan de stammen van Jisraël
Als erfgoed
Overeenkomstig hun verdelingen
In de bergen en in de valleien
En op de vlakten en bij de watervallen
In de wildernis en in het zuidelijke land
De Hethieten, de Amorieten en de Kanaänieten
De Perizzieten, de Hivieten en de Jebusieten:
De koning van Jericho, één
De koning van Ai
Dat naast Beth El ligt, één
De koning van Jeruzalem, één
De koning van Hebron, één
De koning van Jarmoet, één
De koning van Lachish, één
De koning van ‘Eglon, één
De koning van Gezer, één
De koning van Debir, één
De koning van Geder, één
De koning van Chormah, één
De koning van ‘Arad, één
De koning van Libnah, één
De koning van ‘Adulam, één
De koning van Makkedah, één
De koning van Beth El, één
De koning van Tapuach, één
De koning van Chefer, één
De koning van Afek, één
De koning van Lasharon, één
De koning van Madon, één
De koning van Chatzor, één
De koning van Shimron-Meron, één
De koning van Achshaf, één
De koning van Ta’anach, één
De koning van Megiddo, één
De koning van Kedesh, één
De koning van Joknam in de Carmel, één
De koning van Dor uit de streken van Dor, één
De koning van de naties van Gilgal, één
De koning van Tirzah, één
Al de koningen, eenendertig
(eigen vertaling)

Dit zijn oorlogskronieken
De koningen die Moshé versloeg
Worden met naam genoemd
Overwinningen die Joshua op zijn naam mocht schrijven
Worden slechts bij plaatsnaam gekenmerkt
Een indrukwekkende lijst
Hoop wel dat we hierna klaar zijn
Met de oorlogszucht van de kinderen van Jisraël

De klei is aangekomen uit Duitsland
De tafel is binnen
Twee pakketjes uit China
Keurig afgeleverd
En nog wat frutsels
Ik wacht op nog twee pakketjes uit China
Tot mijn vreugde is het vliegtuig vandaag geland
Misschien morgen door DHL
Naar mijn voordeur gebracht?
Het gaat beginnen!

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, creation-is-destruction-story



This entry was posted in @Work, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.