De moed ontnemen

De nakomelingen van Reoewén
En de nakomelingen van Gad
Hadden een grote veestapel
Machtig veel
Toen ze het land Ja’zér
En het land Gil’ad eens bekeken
Bleek dat de geschikte plaats
Voor vee te zijn
En de mannen van Gad
En die van Reoewén kwamen
En zeiden tegen Moshé
En tegen de priester El’azar
En tegen de stamhoofden
Van de gemeenschap:
‘Ataroth, Diewon, Ja’zér
Nimrah, Cheshbon, El’alé
Sewam, Newo en Be’on
Het land dat de Eeuwige
Slagen toebracht
Voor de ogen
Van de gemeenschap
Van Jisraël
Dat is nu een land voor vee
En uw dienaren hebben vee
En ze vervolgden:
Als we welwillend gehoor bij u mogen vinden
Laat dan dit land aan uw dienaren
Als bezit worden toegewezen
Laat ons niet de Jordaan overtrekken
Moshé antwoordde
De mannen van Gad
En die van Reoewén:
Jullie broeders gaan de oorlog in
En jullie willen hier blijven?!
Waarom ontnemen jullie
De kinderen van Jisraël de moed
Om naar de overkant te gaan
Naar het land dat de Eeuwige
Hun gegeven heeft?
Dat hebben jullie voorouders ook gedaan
Toen ik ze uitzond van Kadésh-Barné’a
Om het land te bekijken
Ze trokken op tot het dal Eshkol
Ze bekeken het land
En toen ontnamen ze
De kinderen van Jisraël de moed
Zodat ze niet naar het land wilden gaan
Dat de Eeuwige hun gegeven had
Die dag laaide de woede van de Eeuwige op
En Hij zei onder bezwering:
De mannen die vanaf twintig jaar
En daarboven
Uit Egypte zijn getrokken
Zullen het land niet aanschouwen
Dat Ik Awraham, Jitschak en Ja’akov
Onder ede beloofd heb
Omdat ze niet volkomen
Achter Mij stonden
Uitgezonderd Kaléw
Zoon van Jefoenneh de Keniziet
En Jehoshoe’a
Zoon van Noen
Omdat zij wel volkomen
Achter de Eeuwige stonden
De laaiende woede van de Eeuwige
Richtte zich tegen Jisraël
En Hij liet ze veertig jaar
Door de woestijn zwerven
Totdat heel het geslacht
Dat zich ten opzichte van de Eeuwige
Misdragen had
Verdwenen zou zijn
Klaarblijkelijk nemen jullie
Zondarengebroed
De plaats van jullie ouders in
Daardoor de laaiende woede van de Eeuwige
Op Jisraël nog aanwakkerend
Als jullie je van Hem afkeert
Dan zullen jullie
Heel dit volk
Doordat Hij het
Nog langer in de woestijn laat
in het ongeluk storten

Er zitten weer een paar dwars kikkers tussen
Die aan de oostelijke kant van de Jordaan
Willen blijven
Geen zin hebben in het land
Dat hen beloofd is
Daarmee ontnemen ze
De kinderen van Jisraël de moed
Het land binnen te gaan
Want er zal gevochten worden

De Gazastrook is nog niet binnengevallen
De beelden zijn verschrikkelijk
Gisteren zijn twee oudere dames vrijgelaten
Hun mannen nog gegijzeld door Hamas
Allebei de mannen over de tachtig
Ik zie filmpjes van gijzelaars
Op het moment van hun kidnapping
Een moeder met twee kinderen in haar armen
Breekt mijn hart
Ze zijn nog niet terug
Hoeveel moed
En hoeveel kracht is nodig

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, mijn-hart-huilt-story

This entry was posted in @home, kunst, Land van mijn Hart, literatuur, Own Art and tagged , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.