Een volk dat alleen woont

Bil’am zei tegen Balak:
Bouw mij hier zeven altaren
En zet mij hier zeven stieren
En zeven rammen klaar
Balak deed zoals Bil’am
Het had opgedragen
En Balak offerde
Met Bil’am een stier
En een ram
Op ieder altaar
Toen zei Bil’am tegen Balak:
Blijf hier bij uw offer staan
Dat in vlammen opgaat
Dan ga ik heen
Misschien wil de Eeuwige
Juist een ontmoeting
Met mij hebben
En wat Hij mij in een visioen
Zal openbaren
Zal ik u mededelen
En hij ging
Naar een eenzame plek
De Eeuwige had
Een ontmoeting
Met Bil’am
En deze zei Hem:
De zeven altaren
Heb ik in orde gebracht
En ik bracht op elk altaar
Een stier en een ram
De Eeuwige legde Bil’am
Het woord in de mond
En Hij zei:
Ga terug naar Balak
En zo moet je spreken
Toen hij bij hem terug kwam
Stond hij daar bij zijn
In-vlammen-opgaand offer
Hij met alle voorname lieden
Van Moab
Bil’am hief zijn orakelspreuk aan
En zei:
Uit Aram bracht Balak
De koning van Moab
Mij hier
Uit de bergen
Van het oosten
Kom, vloek Ja’akov voor mij
Ja kom, verwens Jisraël
Hoe kan ik vloeken
Die God niet vloekt
En hoe kan ik verwensen
Die de Eeuwige niet verwenst?
Want van de rotstoppen
Zie ik het
En vanaf de heuvels
Aanschouw ik het
Het is een volk
Dat afgezonderd woont
En zich niet rekent
Onder de volkeren
Wie kan tellen het stof
Van Ja’akov
Of het getal bepalen
Van zelfs het vierde deel
Van Jisraël?
Zou ik zelf mogen sterven
Zoals die braven
En zou mijn einde daaraan
Gelijk mogen zijn!
Toen zei Balak tot Bil’am:
Wat heeft u me nu gedaan?
Om mijn vijanden te vervloeken
Heb ik u gehaald
En nu gaat u zegenen!
In antwoord hierop
Zei hij:
Moest ik me er dan niet
Stipt aan houden
Alleen dat uit te spreken
Wat de Eeuwige mij
In de mond zou leggen?
Balak zei hem:
Ga toch met me mee
Naar een andere plaats
Vanwaar u het kunt zien
Weliswaar kunt u maar
Het uiterste deel ervan zien
En niet het geheel
Maar vervloek het
Van daar voor mij
Hij nam hem mee
Naar het Wachtersveld
Naar de top van de Pisgah
Bouwde zeven altaren
En bracht een stier
En een ram
Op elk altaar
Hij zei tegen Balak:
Blijf hier bij uw offer
Dat in vlammen opgaat
Terwijl ik ginds
Een ontmoeting zal hebben

Het lukt Bil’am niet
De kinderen van Jisraël
Te vervloeken
In plaats daarvan
Zegent hij het volk
Van de Eeuwige

Vanavond is het Soekot
Het loofhuttenfeest
In het land van mijn hart
Zijn er overal hutten gebouwd
Op balkons
Op de boulevard bij restaurants
Zodat mensen hun
Ontbijt, lunch of diner
In een soeka kunnen gebruiken
Het is een leuk feest
Na de zware dagen tussen
Rosh Hashana en Jom Kipoer
Is dit een vrolijk feest
Een oogstfeest
Met veel versieringen van kinderen
In de hutten
Het weer is nog steeds verrukkelijk
En alle dagen
Wordt er geflaneerd
Tripjes ondernomen
En bezoeken afgelegd
Veel spelende kinderen
Aan het eind van Soekot
Is het Simchat Torah
Vreugde der wet
En precies een jaar geleden
Dat ik uit de Torah begon
Voor te lezen
Omdat midden in de stress
Van uit huis geplaatst worden
Rechtbank dreigementen
Dakloos worden
En zeer pittig onderhandelen
Met advocaten
Vond ik het fijn
Om me ergens anders
Mee bezig te houden
Fijn om me te concentreren
Op de geschriften
Ze hebben me gesteund
Er doorheen gesleept
Het was verrukkelijk
Om te zoeken en onderzoeken
Helaas loop ik dus
Meer dan een bijbelboek Mozes
Achter op de goegemeente
Ik ga door
Totdat ik de laatste bladzijde
Van de Torah besproken heb
En misschien
Begin ik dan opnieuw
Zoals gebruikelijk is
Traditie

Shabbat shalom
Chag soekot sameach

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, people-of-the-book-story


This entry was posted in @home, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.