Stam der afstammelingen

Het was in het tweede jaar
In de tweede maand
Op de twintigste van de maand
Dat de wolk boven de ‘Woning’
Van het getuigenis
Omhoogtrok
Toen trokken de kinderen van Jisraël op
Volgens hun routeformaties
Uit de woestijn Sinai
En in de woestijn Paran
Bleef de wolk weer hangen
Voor de eerste keer vertrokken ze
Op aanwijzing van de Eeuwige
Door Moshé overgebracht
Eerst trok het vendel op
Van het kampement
Der afstammelingen van Jehoedah
Volgens hun groeperingen
En over de legergroep hiervan
Was Nachshon aangesteld
Zoon van ‘Amienadaw
Over de legergroep van de stam
Der afstammelingen van Jissachar
Nethanél
Zoon van Tsoe’ar
En over de legerroep van de stam
Der afstammelingen van Zewoeloen
Èlieaw
Zoon van Chelon
Daarna werd de ‘Woning’ afgebroken
En trokken de Gershonieten
En Merarieten op
Die de ‘Woning’ moesten dragen
Dan trok het vendel op
Van het kampement van Reoewén
Volgens hun groeperingen
En over de legergroep hiervan
Was Èlietsoer aangesteld
Zoon van Shedéoer
Over de legergroep
Van de stam der afstammelingen
Van Shim’on
Sheloemieél
Zoon van Tsoerieshadaj
En over de legergroep van de stam
Der afstammelingen van Gad
Eljasaf
Zoon van De’oeél
Daarna trokken de Kehathieten op
De dragers van de heilige voorwerpen
Zodat men de ‘Woning’
Weer kon opzetten
Voordat zij waren aangekomen
Dan trok het vendel van het kampement
Van de afstammelingen van Efrajim op
Volgens hun groeperingen
En over de legergroep hiervan
Was Èlishama’ aangesteld
Zoon van Amiehoed
Over de legergroep
Van de afstammelingen van Menashé
Gamlieél
Zoon van Pedahtsoer
En over de legergroep van de stam
Der afstammelingen van Benjamin
Awiedan
Zoon van Gid’oni
Daarna trok het vendel van de legergroep
Van de afstammelingen van Dan op
Die de achterhoede vormde
Van alle kampementen
Volgens hun groeperingen
En over de legergroep hiervan
Was Achie’ezer aangesteld
Zoon van ‘Amishadaj
Over de legergroep
Van de afstammelingen van Ashér
Pag’ieél
Zoon van ‘Organ
En over de legergroep van
De stam der afstammelingen van Naftalie
Achira’
Zoon van ‘Ejnan
Dit waren de routeformaties
Van de kinderen van Jisraël
Naar hun groeperingen
Zo trokken ze ook op

Wonderlijk, denk ik vaak
De kinderen van Jisraël
Onderhielden handelsrelaties met de Egyptenaren
In de tijd van Awraham
Voordat ze in slavernij terecht kwamen
Ze kenden de weg door de woestijn
Als geen ander
Zo wonderlijk dat ze zich veertig jaar lang
Aan de aanwijzingen van de Eeuwige hebben gehouden
Dat er nooit eens iemand gezegd heeft:
Ik ga vast, zie je daar wel
En wat een organisatie om dat complete volk
Zo lang te laten ronddarren
Van hot naar her
Voordat ze het beloofde land in mochten
Er wordt gezegd dat dit was
Opdat het volk dat zich uiteindelijk
Zou settelen
Geen slavernij aan het lijf zou hebben meegemaakt
Toen al was er sprake van intergenerationeel trauma
Waar rekening mee gehouden werd

Mijn moeder heeft enthousiaste verhalen
Gisteren werd ze bij de viswinkel herkend
In Blaricum
De verkoopster vroeg of ze al nieuws had
Mijn moeder glorieerde
Hoe bedoelt u, hield ze zich van de domme
Alle drie haar vriendinnetjes terug gevonden
Ze vertelde het met trots, zei ze
En vandaag gaat ze naar het Gelderlandplein
In Amsterdam
Verrukkelijk
Daar kun je zo je auto naar binnenrijden
En dan ben je bij de winkels
Je hoeft helemaal niet naar buiten
Perfect voor dit weer
Want dit hadden we niet afgesproken
Dit is toch geen zomer!
En ze is gaan sporten
Moet ze van mijn vader vertellen
Hoor ik op de achtergrond
Zoveel kniebuigingen
‘s Ochtends en ‘s avonds
Gestrekte hand voor zich uit
Aan de tafel vast houden
Op aanwijzingen van mijn vader
Die het van zijn fysiotherapeut heeft
Als ze bij mij is
Zal hij het me wel leren

Ik ga vandaag noten kraken
Onder het afdakje

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, eer-je-vader-en-moeder-story



This entry was posted in @home, kunst, literatuur, Own Art, Thuis and tagged , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.