De Eeuwige sprak tot Moshé en Aharon:
De kinderen van Jisraël moeten zich legeren
Ieder bij zijn vaandel
Waarop de emblemen van hun voorvaderlijke stamhuizen
Op enige afstand zullen ze zich
Rondom de tent-der-samenkomsten legeren
Die, naar hun groeperingen, in het Oosten
Naar de zonzijde legeren:
Het legervendel van Jehoedah
De vorst van de stamgenoten van Jehoedah
Was Nachshon zoon van ‘Aminadaw
Zijn legergroep, dus de getelden ervan:
Vierenzeventigduizend zeshonderd
Daarnaast moest de stam Jissachar legeren
De vorst van de stamgenoten van Jissachar
Was Nethanél, zoon van Tsoe’ar
Zijn legergroep, dus de getelden ervan:
Vierenvijftigduizendvierhonderd
En ook de stam Zewoeloen
De vorst van de stamgenoten van Zewoeloen
Was Èlieaw zoon van Chelon
Zijn legergroep, dus de getelden ervan
Zevenenvijftigduizendvierhonderd
Alle getelden tot de legeringsgroep van Jehoedah
Behorend naar hun groeperingen
Honderdzesentachtigduizendvierhonderd
Zij moesten het eerst optrekken
Het legervendel van Reoewén
Naar hun groeperingen lag zuidwaarts
De vorst van de stamgenoten van Reoewén
Was Èlietsoer zoon van Shedéoer
Zijn legergroep, dus de getelden ervan:
Zesenveertigduizendvijfhonderd
Daarnaast moest de stam Shim’on legeren
De vorst van de stamgenoten van Shim’on
Was Sheloemieél zoon van Tsoerieshadaj
Zijn legergroep, dus de getelden ervan:
Negenenvijftigduizenddriehonderd
En ook de stam Gad
De vorst van de stamgenoten van Gad
Was Eljasaf zoon van Re’oeél
Zijn legergroep dus de getelden ervan:
Vijfenveertigduizendzeshonderdvijftig
Alle getelden tot de legeringsgroep van Reoewén
Behorend naar hun groeperingen:
Honderdeenenvijftigduizendvierhonderdvijftig
Die moesten als tweede optrekken.
Dan trekt de tent-der-samenkomsten op
De legeringsgroep van de Levieten
Midden tussen de andere legeringsgroepen
Zoals ze gelegerd waren zo moesten ze ook optrekken
Ieder op de voor hem bepaalde plaats
Volgens hun vaandels
De stammen worden gegroepeerd
Ter bescherming van het heiligdom van de Eeuwige
Wie de exacte ligging wil bekijken:
Legering van de stammen van de kinderen van Jisraël
Het was een klein wondertje
Mijn moeder heeft één van haar vriendinnetjes
Van vroeger teruggevonden
En bij de andere twee zijn we heel dichtbij
Maar door vakanties zal het nog even duren
Morgen komen mijn ouders
Op mijn computer alles bekijken
Zelf zijn ze er niet zo handig in
Voor mij ook verrukkelijk
Ik ben gemberkoek aan het bakken
En gisteren halsoverkop
Het huis gepoetst
Jezzebel,
Tussen water en water
Art: Pascale, eer-je-vader-en-moeder-story