Vloeiend van melk en honing

Het gebeurde ook na vierhonderddertig jaar
Het was juist op die dag
Dat alle tot-leger-gevormde troepen van de Eeuwige
Uit het land Egypte trokken
Het was een nacht van waken en wachten voor de Eeuwige
Om ze uit Egypte te voeren
Diezelfde nacht blijft de Eeuwige gewijd
Een waken en wachten voor alle kinderen van Jisraël
Tot het verste nageslacht
De Eeuwige zei tot Moshé en Aharon:
Dit is de wet van het Pesach-offer
Geen vreemdeling mag er van eten
Maar iedere slaaf door iemand voor geld gekocht
Mag er van eten
Indien je hem besneden hebt
Hij die als vreemdeling
Of dagloner het recht van inwoning heeft
Mag er niet van eten
In één huis moet het gegeten worden
Je mag niets van het vlees uit de kring
Van het huisgezin naar buiten brengen
En geen been eraan mogen jullie breken
De gehele gemeenschap van Jisraël moet het bereiden
En als er een vreemdeling zich bij jullie ophoudt
En hij wil het Pesach-offer voor de Eeuwige bereiden
Dan moeten al zijn mannelijke gezinsleden
Besneden worden
Eerst dan mag hij komen
om het te bereiden
En is hij als een ingezetene van het land
Geen enkele onbesnedene mag er van eten
Eén thora-wet zal er zijn voor de ingezetene
Zowel als voor de vreemdeling
Die in jullie midden vertoeft
Alle kinderen van Jisraël deden
Zoals de Eeuwige het Moshé en Aharon
Geboden had
Zo deden ze
Juist op diezelfde dag voerde de Eeuwige
De kinderen van Jisraël
Uit het land Egypte
Groepsgewijs
De Eeuwige sprak tot Moshé:
Heilig voor Mij iedere eerstgeborene
Die iedere baarmoeder bij de kinderen van Jisraël
Voor het eerst ontsluit
Bij de mens
En bij het vee
Dat is voor Mij
Moshé zei tegen het volk:
Gedenk deze dag
Waarop jullie uit Egypte trekken
Uit het slavenhuis
Want met sterke hand
Voert de Eeuwige jullie van hier weg
Daarom mag er geen chameets gegeten worden
Heden trekken jullie uit
In de arenmaand
En als de Eeuwige je gebracht zal hebben naar het land
Van de Kena’aniet,
De Chittiet, Emoriet,
De Chivviet en Jewoesiet
Waarvan Hij je voorouders onder ede
Heeft toegezegd het je te geven
Een land vloeiend van melk en honing
Dan moet je
In deze maand
Dit volbrengen
Zeven dagen moet je matsoth eten
En de zevende dag is een feestdag
Ter ere van de Eeuwige

Vloeiend van melk en honing
Het land van de Kena’aniet,
de Chittiet, Emoriet,
de Chivviet en Jewoesiet
Belangrijk dat het genoemd wordt
Dat het land al van volkeren was
Zoals de mythe
Dat het volk zonder land
Naar het land zonder volk ging
Zoals vaak gezegd wordt
Over de joden die in de twintigste eeuw
Eerst naar Palestina
Later naar Israël gingen
Het staat al in de torah
Dit klopt niet
Het heeft geen hart

Nog zoveel te doen
Het huis klaar maken
Schoonmaken
Opleuken
En een menu bedenken
In mijn hoofd pruttelt het
Maar het is nog niet gaar
Kippensoep met matzeballen
Dan een amuse op een matzetoastje
Iets van lever
En iets van vis
Salades
Fruit en dessert
Nougatine eieren met slagroom
Schuimgebak
Kokoskoeken
Gemberthee
Mijn vader zorgt voor de wijn

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, this-is-not-a-love-song-story (clip: Waltz with Bashir)



This entry was posted in @Work, kunst, Liefde in een land van haat, literatuur, Own Art and tagged , , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.