Ontworteld

En Jehoedah zond hij voor zich uit naar Joséf
Opdat deze voor hem de toch naar Goshen zou voorbereiden
En toen zij in het land Goshen waren aangekomen
Spande Joséf zijn wagen in en trok Jisraël, zijn vader naar Goshen tegemoet
Het was een verschijning voor hem
Hij viel hem om de hals en huilde daar lange tijd
En Jisraël zei tegen Joséf:
Nu kan ik sterven
Nadat ik je in levende lijve aanschouwd heb
Joséf zei tegen zijn broers en de huisgenoten van zijn vader:
Ik ga mijn opwachting maken bij Far’o
En hem verslag uitbrengen
Ik wil hem zeggen:
Mijn broers en het huisgezin van mijn vader
Die in het land Kena’an waren
Zijn naar mij toegekomen
Deze mannen zijn schaapherders
Want zij waren altijd veehouders
Al hun klein en rundvee
En al wat zij bezitten hebben ze meegebracht
En als Far’o jullie zal ontbieden en zal vragen:
Wat is jullie beroep?
Dan moeten jullie zeggen:
Veehouders waren uw dienaren van hun jeugd tot nu
Zowel wij als onze voorouders
Opdat jullie in het land Goshen mogen wonen
Want voor Egypte is iedere schaapherder een gruwel

Dat kan dus ook nog!
Dat de familie van Joséf niet in goede aarde valt
Bij Far’o
Omdat ze generaties lang schaapherders zijn

Het mozaïek op triplex
Ligt nog steeds te drogen
Nu zonder boeken
En het begint wat krom te staan
Morgen nog een keer aanschouwen
Als het te beschadigd is
Gaat het bij het grofvuil
Het doet mijn hart zeer veel pijn

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, uprooting-art-story



This entry was posted in @Work, kunst, literatuur, Own Art and tagged , , , , , , , . Bookmark the permalink.

Leave a Reply

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.