Het beeld laat me niet los. Sinds gisteren zal ik mij voor altijd Mark Rutte herinneren die als een aap in Wilders klimt. De premier van dit land, onderdanig als een lallende student die een vrind een gunst vraagt, om de schouders van de PVV-leider. Kijk naar de knoopjeslijn van zijn overhemd, Rutte’s body language hunkert naar de blonde goedkeuring. De grote gedoger omarmd. Wilders lijkt nog te mokken, maar Rutte lacht het weg. Kom op joh, morgen regeren we verder. De mannen en die ene vrouw aan tafel, ze mogen dan wel lachen, maar je ziet aan het beeld, ze doen er niet toe. Niet veel later worden de onderhandelingen in het Catshuis stilgelegd.
Hier lacht de premier nog, die medeverantwoordelijk is voor haat en angst en een islamofoob in de regering haalde, dé alleenheerser van de PVV, iemand die sowieso niets van vreemdelingen wil weten en nog niet zo lang geleden het Meldpunt Midden en Oost-Europeanen oprichtte. Waarvan Rutte geen afstand nam en dat naar goede Nederlandse traditie op zijn beurt gedoogt. Voor al uw klachten en ongemak. In dit land van verraders kun je het melden en je Roemeense buren aangeven.
Wat is dit voor land waar de premier als een schooljongen om de nek van het kwaad hangt.
Zo’n land dat zich volgens hem geen nieuwe verkiezingen kan permitteren.
Verziekt door macht en het eigen gelijk. Wee oh wee het volk dat voor tirannen zwicht dat zal meer dan lijf en goed verliezen, dan dooft het licht.
Dit land kan zich een bestuurder als Mark Rutte niet permitteren.
Als troost was er aan het eind van de avond bij Pauw en Witteman een klein pareltje. Het gedicht Ben Ali Libi van Willem Wilmink, voorgedragen door Joost Prinsen.
L’histoire se répète
Ben Ali Libi
Op een lijst van artiesten, in de oorlog vermoord,
staat een naam waarvan ik nog nooit had gehoord,
dus keek ik er met verwondering naar:
Ben Ali Libi. Goochelaar.
Met een lach en een smoes en een goocheldoos
en een alibi dat-ie zorgvuldig koos,
scharrelde hij de kost bij elkaar:
Ben Ali Libi, de goochelaar.
Toen vonden de vrienden van de Weduwe Rost
dat Nederland nodig moest worden verlost
van het wereldwijd joods-bolsjewistisch gevaar.
Ze bedoelden natuurlijk die goochelaar.
Wie zo dikwijls een duif of een bloem had verstopt,
kon zichzelf niet verstoppen, toen er hard werd geklopt.
Er stond al een overvalwagen klaar
voor Ben Ali Libi, de goochelaar.
In ‘t concentratiekamp heeft hij misschien
zijn aardigste trucs nog wel eens laten zien
met een lach en een smoes, een misleidend gebaar,
Ben Ali Libi, de goochelaar.
En altijd als ik een schreeuwer zie
met een alternatief voor de democratie,
denk ik: jouw paradijs, hoeveel ruimte is daar
voor Ben Ali Libi, de goochelaar.
Voor Ben Ali Libi, de arme schlemiel,
hij ruste in vrede, God hebbe zijn ziel.
Willem Wilmink,
Uit: Je moet je op het ergste voorbereiden
Uitgeverij Bert Bakker 2003
37 Responses to Wat is dit voor land