In de kookboekenverzameling, die Sisel over de hele wereld schlepte en die niet heel uitgebreid was van wege verhuizing van land naar land, waardoor ze vaker dan lief moest kiezen voor de essentie, maar wel divers en authentiek, was een vreemd boekje terecht gekomen. Lang voordat het populair en gemeengoed werd, had Sisel in het buitenland blijkbaar toch behoefte gehad aan thuis, dat wat truttig, bekend en knus was, de Nederlandse keuken. Hollandse Kost van José Grosfeld, traditionele oudhollandse gerechten, uit 1990. De cover in het groen, zoals de weilanden, de koude, natte zomer, de stampotten en drie eenzame spruitjes, buiten het kader geplaatst. Waarschijnlijk had Sisel het op een of andere redactie buitgemaakt. Naar vrouwenbladen worden de vreemdste boeken gestuurd, ze was daar dol op. Uit Hollandse Kost had Sisel nooit iets gekookt, maar omdat ze nu eenmaal een buitensporig gevoel voor drama en romantiek had, bladerde ze er graag doorheen. Recepten uit het Nederland dat eigenlijk al niet meer bestond toen ze er nog woonde, Nederland van haar grootmoeder, toen safta nog een meisje was. En zoals die soms fantaseerde over wat háár moeder van de televisie en de vooruitgang zou denken, ‘och kind,’ deed safta dan met een hoog stemmetje haar moeder na, ‘je hebt een bioscoop in je huis,’ zo keek Sisel naar de recepten uit een tijd die voorbij was, vroeger konden ze toveren en bakten de vrouwen alsof ze de banketbakker of Albert Heijn en Dirk zelf waren.
Sisels mooie denkende vriendin had er in Israël weleens naar gevraagd, wat waren nu typisch Hollandse gerechten. De Nederlandse keuken is moeilijk aan een buitenstaander uit te leggen. Waar gaat het over? Stampot? Dat noemde de vriendin German, of op z’n best home-ish, jiddishkeit. Pepernoten, banketstaaf, filet americain, kroket, kaas, poffertjes en ossenworst? Sisel werd er meestal verlegen van, hoeveel zonniger de gerechten in het land van haar hart die vooral over kruiden, groenten en specerijen gingen, smaken van de volle zon, sensueel en prikkelend.
De pocket van Grosfeld had de boel handig ingedeeld per provincie en de namen van de streekgerechten zinnenstrelend. Luiklakbollen uit Noord-Holland, boerenmeisjes, Volendammer zootje, Weesper moppen, duivenkater en meer. Tot en met balkenbrij, watergruwel en zure zult.
Van de meeste gerechten moest Sisel griezelen en de rest mierzoet en loodzwaar, maar wat een traditie.
Waarom ben je eigenlijk teruggekomen, vroeg een lieve collega aan Sisel, jaren later. Samen schuierden ze door het atelier en bekeken de mogelijkheden, het potentieel, Sisels woorden, haar beelden, de tekeningen, de dromen, de schande, de schaamte en alles wat bekomen zou, plotseling van hun troon gevallen. Bezien door de ogen van een ander vond Sisel de buit maar karig. Inmiddels was ze vijf magere jaren terug in het moederland, het antwoord op die vraag minder paraat als in het begin, maar het concept nog haarscherp. Het idee was zachtjes oud worden.
Later meer
Jezzebel,
Tussen water en water
Illustratie: Hollandse Kost van José Grosfeld, eerste druk 1990
jezz,was even vergeten te reageren op je
reaktie onder mirosjabin, dus bij deze:
thanx girly! voor jou wensen wij hetzelfde!
@Misja, thnx!
Dat het goed jaar mag worden.
.
Ik vind ze best lekker. De stampotten in de winter. En natuurlijk het Limburgs zuurvlees of konijn. Of dat in je boekje staat? Maar het lekkerste Hollands is de bonensoep van mijn moeder. Steevast de voorbode van pannenkoeken (ook al hartstikke Hollands)
een goede jaarwisseling toegewenst!
@Kitty, uit Limburg, blz 164
Zure Pastei
1 kg kalfsvlees met bot
sap van 1 citroen
2 laurierblaadjes
4 takjes tijm
stukje foelie
zout
Worcestershiresaus
gelatine
Zet het vlees op met zo veel water dat het net onderstaat. Voeg citroensap, laurierblaadjes, tijm, foelie en zout toe. Kook het vlees in ca 40 min. gaar. Neem het uit de pan, haal het van het bot en snijd het klein. Breng de bouillon op smaak met worcestershiresaus. Laat de bouillon inkoken tot hij begint te binden. Voeg zo nodig gelatine toe. Schep het vlees door de bouillon en doe de massa over in een met water omgespoelde stenen vorm. Laat de pastei afkoelen en zet hem vervolgens 24 uur in de koelkast om op te stijven. Snijd de pastei daarna in plakken en geef die als broodbeleg.
Wel moge het je bekomen 😉
.
Misschien is het wel lekker. Ik ben niet zo gelatine-achtig echter.
Limburgs zuurvlees is voor bij het diner en er zit o.a. bruinebasterdsuiker en appelstroop in. Een lekker donkere jus dus 🙂
kalfsvlees is zielig
of was
was zielig
o nee
wij
wij zijn zielig
hunnie niet
@Kitty, waar komt die naam ‘zuur’ vlees vandaan, stroop en basterd zijn zoet.
.
Het vlees (rund of paard) wordt een periode(een dag) in azijn gezet. Een deel van de azijn blijft in de saus dus die zoete dingen zijn hard nodig erbij 🙂 recept:
http://www.smulweb.nl/recepten/1067349/Limburgs-zuurvlees
Ik maak het echter zelden zelf; je kunt het hier overal in de supermarkt kopen en het smaakt meestal uitstekend 🙂
In deze omgeving verkopen ze geen patatjes oorlog maar friet zuurvlees; een heel populaire combinatie
@Kitty, grappig, als ik draadjesvlees met uien stoof, dan doe ik er vaak scheutje dragonazijn bij.
Lekker vind ik het, een beetje bite.
.
Dan heb je al een groot deel van het recept. 🙂
Ik doe dat heel weinig; stoven.
Voor kleine porties is het qua energieverbruik ook niet zo rendabel.
@Kitty, hier niet kant en klaar te krijgen.
En ik zou dat ook niet willen.
Heerlijk, met mijn eigen kruiden en toevoegingen.
Rode peperkorrels bijvoorbeeld.
.
Yezz een goed uiteinde en een sprankelend jaar gewenst
http://i1212.photobucket.com/albums/cc455/henkenvivian/bloemmove11.gif
@rikus, en voor jou.
Dat 2012 een goed jaar mag worden.
.
dank je
“Het idee was zachtjes oud worden.” – Dat is een prachtig voornemen. Mijn allerbeste wensen voor 2012!
Nederlands eten is vooral brandstof tegen kou en zoute wind. Kool, aardappelen, bonen, suiker, vet.
@Blew, voor jou ook een gezond en goed 2012.
Nederlands eten, ik ben er niet zo dol op.
Straks de lievelingsgerechten uit het land van mijn hart.
Later meer 😉
.
mmm, ik heb net in Deutschland geleerd dat ze die “typische hollandse kost” daar net zo goed hebben. Erwtensoep etc., the works…
Ben ik ff blij dat we die Knoedels, die meelballen, niet hebben overgenomen. Ergens toch wel knap hoe die dingen zich na volledig kauwen en vermalen zich in je maag toch weer terug kunnen vormen tot een bal van jewelste…
@Landheha, in de jiddische keuken kun je nog heel wat knoedels en strudels vinden. En ook dat heeft met de Nederlandse keuken te maken, die in feite dus behoort tot de Oost-Europese.
.