Toen Sisel wat ouder was en haar moeder al lang niet meer met liefde, maar uit gewoonte kookte, is ze zelf recepten gaan verzamelen, om iets lekkers te maken en te troosten, in het weekend op zon en feestdagen. Hoe exotischer hoe beter, maar veel verstand had ze er toen niet van. Bijna alle uit de Tip en de Allerhande geknipte frivoliteiten waren inmiddels hopeloos verouderd. Wat was ze zuinig geweest met de ruimte, alles bij elkaar geplakt! De smaken niet authentiek, fractie van het origineel dat Sisel later tegenkwam, in Spanje op vakantie of in Israël, waar ze te maken kreeg met Joden van over de hele wereld en van generatie op generatie overgeërfde receptuur genoot. Weer later in Amerika leerde ze er de nodige vaardigheden bij, buffalo wings, blondies, brownies, ricecrispies en ceasare salad.
Toch waren er een paar recepten uit de tijd dat Sisel zelf begon te koken die haar nog wel bekoorden en tot de favorieten behoorden. Bladerend door haar zelfgeplakte kookschrift is gemakkelijk te zien welke. De pagina’s zijn ronduit schmoetzig. Niet meer te achterhalen of het vetvlekken zijn, of vocht dat in Sisels boeken is gekropen in de tijd dat ze nog in een souterrain in Amsterdam woonde, vlak naast de Portugese synagoge, na haar terugkeer naar Nederland, maar dat is voor later.
Sisel streek er met haar vingers over, op sommige plekken was er duidelijk uit de pannen gemorst, dat kon je voelen, het waren dierbare herinneringen.
De stap-voor-stap lasagne Bolognese uit de Margriet of Libelle had ze voor de jong gestorven vriend gemaakt, op een avond, toen ze in Amsterdam op de Paardenstraat woonde, vers uit Bussum waar ze eerst met een vriend had gewoond en later voor haar zusje zorgde, ook zij verhuisde mee naar Amsterdam waar ze op school zat toen Sisel al menig familiedrama achter de kiezen had. Inclusief een broertje dat het huis werd uitgetrapt op zijn 16e.
Misschien had de dode vriend geholpen met het sjouwen van de Jan des Bouvrie-tafel waar Sisels ouders genoeg van hadden, het tafelblad opeens te lomp, de steun in het midden te groot en uit de tijd. Er moest een nieuwe komen, de oude was voor Sisel, die alles kon gebruiken en het onberispelijke wit van het designmeubel uit haar ouderlijk huis direct oudroze lakte, haar lievelingskleur. Waarschijnlijk omdat het als binnengordijn op de kinderkamer hing toen ze nog gelukkig waren en de wereld er anders uitzag als de zon door de bloemetjes aan de binnenkant en het gepoederde aan de buitenkant scheen.
De dode vriend kwam toen nog uit een Joods gezin waar niet het geloof, maar traditie een belangrijke rol speelde. Pas na zijn dood werden zijn ouders gelovig en strenger in de leer. Maar bij Sisel at hij haar lasagne met smaak. De ham had ze er volgens haar uitgelaten, ze was toen in een periode dat ze geen trek had in treife en bij vriendinnen en zichzelf thuis het varkensvlees liet staan, maar zich van het bokje in de moedermelk niets aantrok, daar was het te lekker voor. De tekening nog altijd de basis van Sisels lasagne, ze kon het blind maken, daar had ze de receptuur al lang niet meer voor nodig.
Zoals de gazpacho, verkeerd geschreven, net als safta had ze er een handje van om af en toe een spellingfout te maken. Aan het handschrift kon Sisel zien dat dit toch een recept was dat ze later heeft opgeschreven dan toen ze de soep voor het eerst maakte. Waarschijnlijk overgeschreven van haar moeders verzameling uit de kooklade toen ze op kamers ging, onder de onderste keukenkastjes. Je moest er je best voor doen om erbij te komen, maar Sisel lag vaak gefascineerd op de grond door de verzameling te bladeren, als een speurhond snuffelend naar het verleden. Daar had ze ook de arretje cake met delfia gevonden, niemand die meer wist wat het was, maar daarover later.
De ronde lussen waren niet altijd in Sisels handschrift aanwezig geweest, ergens in het kookschrift zit ook nog een recept waar de haal van de G een haak naar beneden was, zoals haar moeders handschrift, zoals Sisel aanvankelijk schreef, omdat ze de woorden van haar moeder zo mooi en netjes vond.
Het recept met Sisels moederachtige handschrift is van een meisje die in Amerika had gewoond en in de zesde klas van de Gooische school in Laren net als Sisel erbij was gekomen, maar later ook in de brugklas tot en met 4 vwo Sisels vriendin was. Appelkruim, een totaal nieuwe belevenis. Nootmuskaat bij de suiker, het kaneel en de zoete appel. Sisel was er verrukt van, ze was een jaar of dertien.
Van die leeftijd waarschijnlijk ook het recept voor de gazpacho. Sisel maakte het vaak in de winter, grappig genoeg, je zou er niet snel aan denken in de koude, donkere dagen met kerst en oudennieuw. Bij Sisel thuis was iedereen er dol op. De openhaard brandde altijd, Sisels vader was graag pyromaan in zijn eigen haard en de hitte was om te branden. Moment van hangerige kinderen die ruzie begonnen uit te lokken en voordat je het wist was er bonje, werd er één naar zijn kamer geschopt, was een feestdag versjteerd en huilde er iemand boven in een ijskoude slaapkamer omdat de thermostaat die beneden in de woonkamer hing, was afgeslagen door de hitte.
Gazpacho was een zeer welkome verkoeling, smaken die het hele gezin uit Spanje kende, geserveerd zoals bij de Marbella Club, met in aparte schaaltjes gesnipperde ui, blokjes tomaat, paprika, komkommer en dobbelsteentjes geroosterd brood. Rijkelijk kon je daar de soep mee garneren, je mocht het zelf doen en de sensatie van de koude soep en de knapperige groenten was verrukkelijk.
Het recept was een origineel, van een verkoopster uit de zaak die op het punt had gestaan met een Spanjaard te trouwen, het recept van zijn moeder leerde en de benen had genomen, maar wel van hem hield. Dat was voor Sisel het verrukkelijkst aan de gazpacho.
In Israël maakte ze het ook vaak, heerlijk tijdens de bloedhete drukkende zomer van juni tot en met soms wel eind oktober.
Ook de appel-prei-salade komt uit de brugklas, heerlijk fris voor in de zomer, maar die bij Sisel thuis dus altijd midden in de winter werd gegeten. En omdat Sisel het sinds haar terugkeer naar Nederland voornamelijk koud had, mooi weer of niet, maakte ze het niet zo vaak meer. Maar zo tegen de feestdagen was daar toch weer de heimwee.
Jezzebel,
Tussen water en water
Later meer
Gazpacho vind ik heerlijk, maar wel ijskoud in de zomer. Ik pureer alles wat erin zit in de keukenmachine.Stokbrood erbij,en klaar.
In de lasagne doe ik iets wat er eigenlijk niet in hoort:paprika in de bolognesesaus.;)
Over genomen van een bevriend stel; zij maakten het altijd zo.
@Kitty, het is lekkerder om bij de gazpacho de schaaltjes met vers gesneden groenten erbij te serveren die ook in soep zitten.
Het geeft iets extra’s.
In de bolognese moet ik eerlijk zeggen, gebruik ik zelf ook verse paprika 😉
.
Ik heb het nooit zo geserveerd zien worden. Ook niet in Spanje, maar het is wel aannemelijk dat het lekker is zo.
Oorspronkelijk hoort dat niet erin voor zover mij bekend. Uiteraard verse!
@Kitty, in de betere restaurants in Andaluzië is het wel gebruikelijk met de verse groente er apart bij.
Grappig inderdaad van de Bolognese saus. In dit recept komt ook geen paprika voor.
Dan ben ik blijkbaar in geen enkel beter restaurant geweest tijdens 2 keer rondreizen daar 😉
Zou best kunnen want we houden niet van chique en kiezen op de bonnefooi waar het gezellig uit ziet. En dat is meestal eetcafé-achtig.
@Kitty, wel de moeite waard om thuis te proberen.
De soep heeft een ‘krokantje’ nodig, zoals topchef Kranenborg altijd zegt 😉
.
Dat ze dat allemaal nog bewaard heeft! Bijzonder.
@Blewbird, een heel leven in de receptenboeken.
Kruimels van het verleden.
.
God de paardenstraat daar heb ik een tijdje bij Tante Lenie op kamers gezeten.
En waarvandaan ik als kind naar Het Disney Theater mocht… als we haar opzochten….
@Koek, wat grappig.
.