Ze klinkt groggy.
Mijn mooie denkende vriendin.
Ver weg.
Op een dag als vandaag.
Ze is geopereerd.
Zoveelste keer.
Alweer.
Nierstenen.
Het is goed gegaan.
Geloof ik.
Maar ze mag niet naar huis.
Ze willen haar nog een nacht.
Ter observatie.
In hun macht.
Daar had ze niet op gerekend.
En sorry, dat ze niet belde.
Computer heeft ze niet bij zich.
Ze dacht dat ze thuis kon slapen.
Vlak voordat ze onder het mes ging.
Stuurde ik haar De moeder,
Zoals zij het noemt.
Die van mij.
Die van haar is blond.
We praten erover.
Opeens is ze weer helder.
Ze vindt dat mijn werk,
Een nieuwe dimensie heeft gekregen.
Dat komt door jou, zeg ik.
Dat wil ze niet horen.
Maar dat is waar.
En probeer ik uit te leggen.
Ik was niet de enige.
Die dappere vragen stelde.
Toen zij er was.
Nam ze mij.
Meer dan eens.
Door de mangel.
Dat is fijn.
Dan kun je er nog eens naar kijken.
En het was ook zij.
Die mij Marlene Dumas gaf.
Dat ook.
Maar ook de situatie, vertel ik haar.
De druk.
Eens zal ik behalve de puinhoop.
Een kunstwerk maken.
En het is tijd.
Dat ziet ze, zegt ze.
Maar volgens haar heeft ze er zelf.
Niets mee te maken.
Nou ja, misschien dan haar verhaal.
Zij en haar moeder.
Dat ook.
Dit mijn De moeder.
Detail nummer drie.
Heel wat weken heb ik aan haar geprutst.
En al een keer volkomen uitgewist.
Mooie denkende vriendin,
Word me gezond!
Jezzebel,
Tussen water en water
Art: Pascale, IHSEH, detail nummer 3, 21-06-09
22 Responses to De moeder