Twee dagen klamp ik.
Meer dood dan levend.
Frivoliteiten scherp als messen.
Ja tuurlijk, jij bent een weldoener.
Goed voor me.
En ik de hoer die je van me maakte.
Je zei zaterdag.
Jij bepaalde.
Dat kon je je veroorloven, vond je.
Maar dat zou me te veel tijd kosten.
Prijs die ik betaal.
Maandag begint een nieuwe week.
Vrijdagavond kon ik je net hebben.
Dacht ik, overmoedig.
Ik heb mezelf verwond en gestraft.
Opgesloten.
Zo lelijk kan iemand niet zijn.
Zo lelijk ben ik.
Zo lelijk ben jij.
Want ook jou treft schuld.
Ik voel enorme woede.
En ik ben terug bij af.
Opnieuw beginnen.
Zo slecht kan ik niet zijn.
Kon ik dat maar geloven.
Shavuah Tov
Jezzebel,
Tussen water en water
Art: Alexandra Zuckerman
6 Responses to Zo slecht kan ik niet zijn