Ik klim weer door mijn open raam naar buiten. Mijn God, Amsterdam loopt in een bouwvakkershemdje en ik zit in een spijkerbroek en t-shirt met lange mouwen, truitje er overheen. Best koel zo’n souterrain. Maar de zon wiegt, ik haal diep adem en heb zin in blote voeten. Ik doe het niet. Ik ben nu hier.
De stad trekt aan me voorbij, ziekenwagens, de klanken hier zo anders, maar net als daar, gieren door de straten.
Dan hoor ik haar voetstappen, mijn oren alert. Als ik voor de zoveelste keer door het raam opnieuw naar buiten klim en omdat ik lager dan de grond zit, nogal onhandig met mijn billen op het raamkozijn, lopen haar blote benen vlak langs mijn gezicht. Die laarzen, die punten en die hakken. Ik ken ze, maar haar niet. En toch ook wel.
Hij loopt een paar meter achter haar, zij babbelt, ze heeft het over de steentjes in de gevel en hij kijkt mij brutaal aan, een ironische glimlach op zijn lippen.
Ik wend mijn hoofd af en doe druk, ik moet nog een asbak hebben, waar is de fles water en de vulpen.
Als ik opkijk en ze nakijk zie ik hoe haar rokje opwaait, het is inderdaad misschien bloedheet, voor Nederlandse begrippen, maar die van haar komt niet veel verder dan het randje van haar billen, ze is naakt. Hij draait zich om, vangt mijn blik en ik sla mijn ogen neer.
Ik weet het. Ik weet wat hier gebeurt. Ik kijk ze na, terwijl ze weglopen, zij voorop, hij enkele meters achter haar, ik kan haar billen niet meer zien, die zijn van hem.
Gewaagd, er staat best een briesje en daar bij die drukke weg waar zij op afstevenen razen de auto’s rakelings voorbij. Dat gaat haar niet lukken, dat flinterdunne rokje zal op haar navel plakken.
Ze houdt haar pas in, ze wacht op hem. Ik weet wat er gaat komen. Hij stuurt haar weg, ik zie de aarzeling in haar houding, maar ze doet het toch, neemt twee stappen, dapper en alleen en dan loopt hij naast haar, hij leidt haar naar het voet- en zebrapad, ze is veilig, voor het oog bedekt. Stapje dichterbij, ze gehoorzaamde.
Jezzebel
Amsterdam
En omdat ik op een leencomputer zit, dit keer geen foto. Ze komen weer, als ik eindelijk mijn dingen en mijn zaken op orde heb, wat een leed.
Zo laat nog op?! T t t
tuurlijk, kan niet slapen met al die voetstappen…
als je nou de muziek zachter zou zetten…
truitje kan je wegleggen, vandaag 🙂
Mooi !
zoon vraagt hier:”mam zal ik voor de zekerheid een trui meenemen?”
Nee hoor jongen.
Prettige zondag iedereen!
En wij bloggers hebben nu allerlei mooie gedachten, terwijl zij met een blaasontsteking zit…
ja……ik zag je in m’n verbeelding daar in dat sousterrainraam zitten…jouw nieuwe rots….en de straat /gracht?de stad voor je de zee…quite another place..dacht ik….
maar misschien wel heel inspirerend…en meteen komt daar dat dansende rokje aanhuppelen…met een knipogende man erachter aan…
the show goes on again….dear Jezzebelief…..
the show must go on….het leven staat niet stil… dat en nog wat gedachten inspireerden mij voor een nieuwe blog…
‘ha det bra’ zeggen wij dan..oftewel wish you the best….:))
wie is dat ? in dat souterrain.
En wie langs het raamkozijn.
Liefies, ik heb er niets aan toe te voegen.
Bedankt voor je reactie.
Zij zoals ik, zoals hij, zoals jij… en zo.
Kijk, de stad geeft aan jou…..nieuwe beelden, nieuwe gedachten, nieuwe inspiratie wellicht. De harde grote stad heeft ook een hart dat klopt en wiegende heupen en eindeloos lange benen waarmee ze langskomt. Langs jouw raam, om te vertellen, te verhalen, jou uit te dagen. Vertel mij! Verbeeld mij!
En je dééd het, hier, zomaar.
Mooi!!
kus van As