Wie onthult mijn geheimen?

En de leerlingen van de profeten
Zeiden tegen Elisha:
Zie nu
De plaats waar wij voor je zitten
Is te klein voor ons
Laten we nu naar de Jordaan gaan
En laat elke man
Een balk nemen
En laten we daar voor ons
Een plaats maken
Om te zitten
En hij zei:
Ga
En één zei:
Kom alsjeblieft
Met uw dienaren mee
En hij zei:
Ik zal meegaan
En hij ging met hen mee
En ze kwamen bij de Jordaan
En hakten de bomen om
Eén haalde een stam neer
En het hakblad van de bijl
Viel in het water
En hij riep uit en zei:
Helaas meester
Hij is geleend!
En de man van God
Zei tegen hem:
Waar is hij gevallen?
En hij toonde hem de plek
En hij hakte een stuk hout af
En wierp het daar
En het bijlblad kwam boven drijven
En hij zei:
Pak het zelf
En hij strekte zijn hand uit
En nam het
En de koning van Aram
Voerde oorlog tegen Jisraël
En hij beraadslaagde
Met zijn dienaren
En zei:
Op een verborgen
Geheime plaats
Zal ik mij legeren
En de man van God
Stuurde bericht
Naar de koning van Jisraël
En zei:
Let op dat je deze plaats
Niet passeert
Want daar
Zijn de Arameeërs gelegerd
En de koning van Jisraël
Stuurde verkenners
Naar de betreffende plaats
Waar de Man van God
Hem over verteld had
En hem gewaarschuwd had
En hij nam daar
Voorzorgsmaatregelen
Niet één keer
Niet twee keer
(Vele keren,
zeggen de geschriften)
En de koning van Aram
Was zeer ontstemd
Over deze zaak
En hij riep zijn dienaren bijeen
En zei tegen hen:
Zul je me niet vertellen
Wie van ons
Onthult mijn geheimen
Aan de koning van Jisraël?
En een van zijn dienaren zei:
Nee, mijn meester, de koning
Maar Elisha, de profeet
Die in Jisraël is
Vertelt de koning van Jisraël
De woorden die u
In uw slaapkamer spreekt
En hij zei:
Ga en zie waar hij is
En ik zal mannen zenden
Om hem te halen
En er werd hem verteld:
Zie, hij is in Dothan
(eigen vertaling)

In dit gedeelte zijn twee zaken
Aan de hand
Er wordt een nieuw verblijf gezocht
En gemaakt
Voor de profeet Elisha
En zijn leerlingen
En de koning van Aram
Ligt op de loer

De buurman en hij die rijdt
Vrienden van
Maken zich zorgen
Over de tijdelijke huisgenoot
Heb je nog contact met hem?
Nee, zeg ik aarzelend
Ik wil daar niet
Met hen over spreken
Maar hij komt maandag terug
Ja?
Nou ja omdat hij het laatst
Bij jou…
Ik kap het gelijk af:
Ik ben geen daklozen opvang!
Die motherfuckers
Hebben allebei een huis
Waar hun vriend kan verblijven
Maar niet meer in dat van mij!

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, a-house-of-one’s-own






Posted in @home, @Work, Bonje in het bejaardenhuis, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , | Leave a comment

Is mijn hart niet meegegaan?

En hij keerde terug
Naar de man van God
Hij en zijn hele legerkamp
En hij kwam
En stond voor hem
En hij zei:
Zie, nu weet ik dat er geen God is
Op heel de aarde
Behalve in Jisraël
En aanvaard nu
Een geschenk van uw dienaar
En hij zei:
Zo waar als de Eeuwige leeft
Voor Wie ik stond
Ik zal het niet accepteren
En hij drong er op aan
Om het aan te nemen
Maar hij weigerde
En Na’aman zei:
Nu, als uw dienaar slechts
Een lading aarde zou krijgen
Zoals gedragen
Door een span muildieren
Want uw dienaar
Zal niet langer brandoffers maken
Of een offer aan andere goden
Maar aan de Eeuwige
Moge de Eeuwige
Uw dienaar vergeven
Voor deze zaak
Als mijn meester naar Beth Rimmon gaat
Om zichzelf daar neer te buigen
En hij leunt op mijn hand
En ik mezelf zou buigen
In Beth Rimmon
Wanneer ik
In Beth Rimmon neerbuig
Moge de Eeuwige
Uw dienaar
Deze zaak vergeven
En hij zei tegen hem:
Ga in vrede
En nam wat afstand van hem
En Gechazi
De dienaar van Elisha
De man van God
Dacht:
Hier heeft mijn meester
Na’aman, deze Arameeër
Laten gaan
Door niet van zijn hand
Aan te nemen wat hij bracht
Zo waar de Eeuwige leeft
Ik zal achter hem aan rennen
En iets van hem aannemen
En Gechazi achtervolgde Na’aman
En Na’aman zag hem
Achter zich aan rennen
En hij boog zich
Van de strijdwagen
Naar hem toe
En zei:
Is alles goed?
En hij zei:
Alles is goed
Mijn meester stuurde me
En zei:
Hier zijn zojuist
Twee jonge mannen
Bij me gekomen
Van de berg Efraïm
Van de discipelen van de profeten
Geef hen alsjeblieft
Een talent zilver
En twee stel kleding
En Na’aman zei:
Neem twee talenten
En hij drong er bij hem op aan
En hij bond twee talenten zilver
In twee zakken
En twee stel kleding
En hij gaf het twee van zijn bedienden
En zij droegen het voor hem uit
En hij kwam bij een geheime plaats
En hij nam het van hun handen aan
En hij legde het in het huis
En hij stuurde de mannen weg
En zij gingen
En hij kwam
En stond voor zijn meester
En Elisha zei tegen hem:
Waar kom je vandaan, Gechazi?
En hij zei:
Uw dienaar is niet hier
Noch daar heen gegaan
En hij zei tegen hem:
Is mijn hart niet meegegaan
Toen een man zich van zijn wagen
Naar u toe keerde?
Is het tijd om het zilver te nemen
En om kleding te kopen
Olijfbomen
En een wijngaard
Schapen en vee
En slaven en slavinnen?
Nu zal de melaatsheid van Na’aman
Aan je blijven kleven
En aan je kinderen
Voor altijd
En hij ging weg van hem
Getroffen door melaatsheid
Wit als sneeuw
(eigen vertaling)

Gechazi heeft hier zijn meester
Behoorlijk in de steek gelaten
Door heimelijk geschenken aan te nemen
Van de genezen Na’aman
Niet voor zijn meester
Die dat immers al geweigerd had
Maar voor zichzelf
En daar ook nog eens over liegt
Tsjak! daar is de straf van God
Wit als sneeuw
Hij en zijn nageslacht
Voor altijd lijdend aan melaatsheid

Vandaag voel ik kracht
En toch ook woede
Maar dat kan mij niet schelen
Als het me kracht geeft
Ik app de buurman
Dat ik dat gejank van mezelf
Spuugzat ben
Wanneer gaan we leuke dingen doen?
Helaas pindakaas voor mij
Voor die zogenaamd krachtige vrouw
Geen antwoord

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, lech-leshalom-story


Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , , | Leave a comment

En hij dompelde zich zeven keer onder

Nu was Na’aman
De generaal van de koning
Van Aram
Een vooraanstaand man
Voor zijn heer
En gerespecteerd
Want door hem had de Eeuwige
De overwinning gegeven aan Aram
De man was een groot krijger
En hij was een melaatse
Nu trokken de Arameeërs
Er in bendes op uit
En namen uit het land van Jisraël
Een jong meisje gevangen
Die diende
Voor de vrouw van Na’aman
En ze zei tegen haar meesteres:
De smeekbeden voor mijn meester
Zouden voor de profeet
Die in Samaria is
Gehouden moeten worden
Dan zou hij hem genezen
Van zijn melaatsheid
En hij kwam bij zijn meester
En vertelde hem:
Op de volgende manier
Heeft het meisje
Uit het land van Jisraël
Gesproken
En de koning van Aram zei:
Kom, ga
En ik zal een brief sturen
Naar de koning van Jisraël
Hij ging
En nam in zijn bezit
Tien talenten zilver
En zesduizend goudstukken
En tien gewaden aan kleding
En de brief kwam
Bij de koning van Jisraël
En zei:
En nu, wanneer deze brief
Bij u komt
Zie, ik heb Na’aman mijn dienaar
Naar u gestuurd
En u zult hem genezen
Van zijn melaatsheid
En het gebeurde
Toen de koning van Jisraël
De brief las
Dat hij zijn kleding scheurde
(teken van rouw)
En zei:
Heb ik macht van God
Om te doden
En tot leven te brengen
Dat deze mij vraagt
Een man te genezen
Van zijn melaatsheid?
Weet nu en zie
Dat hij een voorwendsel
Tegen me zoekt
En het gebeurde toen Elisha
De man van God
Hoorde dat de koning van Jisraël
Zijn kleding had gescheurd
Dat hij bericht stuurde naar de koning
En zei:
Waarom heeft u uw kleding gescheurd?
Laat hem nu naar mij komen
En laat hem weten
Dat er een profeet is
In Jisraël
En Na’aman kwam met zijn paarden
En zijn strijdwagens
En hij stond aan de deur
Van het huis van Elisha
En Elisha stuurde een boodschapper
Naar hem met het bericht:
Ga en dompel jezelf
Zeven keer onder
In de Jordaan
En je huid zal worden hersteld
En je zult rein worden
Nu was Na’aman beledigd
En hij ging weg
En hij zei:
Hier dacht ik
Dat hij naar buiten zou komen
Om me te zien
En dat hij zou staan roepen
In de naam van Adonai
Zijn God
En dat hij zijn hand
Op de plek zou richten
En de melaatsheid genezen
Zijn de Amanah en Parpar
De rivieren van Damascus
Niet beter
Dan alle wateren in Jisraël?
Zal ik mezelf daar niet onderdompelen
En rein worden?
En hij keerde zich om
En ging in woede weg
En zijn bedienden
Benaderden hem
En spraken met hem
En zeiden:
Meester, als de profeet
Met u zou spreken
Over iets moeilijks doen
Zou u dat niet doen?
En zeker aangezien hij tegen u zei:
Dompel jezelf onder
En word rein
En hij ging naar beneden
En dompelde zichzelf onder
In de Jordaan
Zeven keer
Volgens het woord
Van de man van God
En zijn huid herstelde zich
Als de huid van een jonge jongen
En hij werd rein
(eigen vertaling)

Elisha blijft het ene mooie wonder
Na het andere uitvoeren
En is voor de duvel niet bang
De profeet van Jisraël
Die doodleuk aan de koning vraagt
Waarom rouw je?
Laat hem weten dát er een profeet is!

Ik heb er schoon genoeg van
Deze blauwe maandag
Gisteren kwamen
In het land van mijn hart
Drie vrouwen vrij
En je hart huilt
Als je ziet hoe ze getekend zijn
Mager en gewond
En het verdriet van hun moeders
En hun vaders
Hoe moeten zij nog
Een normaal leven leiden?
Ze worden nu onderzocht
Of ze niet zwanger zijn
Verkracht in gevangenschap
Vanmiddag komt Trump aan de macht
De kleuren van de wereld zijn zo grauw
Ik krijg het vandaag niet meer warm

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, may-it-be-better-story



Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , , | Leave a comment

Zo armzalig

Het is echt jammer
Dat ik niet met die leuke man
Kan praten
En dat samen praten zo leuk
En bedreigend is
Want oi va voi
Praten
Iemand die je verstaat
Daar zijn hele oorlogen
Op gewonnen
En ik weet echt wel
Wat er aan de hand is
De opportunist zag
Hoe er voor hem gezorgd werd
Toen hij deel uitmaakte
Van iets dierbaars
Van haar
Van de partij
But my fucking God
Hoe armzalig!

Jezzebel,
Tussen water en water

Go-fuck-yourself-story

Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged | Leave a comment

Brood van de eerste vruchten

En Elisha kwam het huis binnen
En zie
De jongen was dood
Uitgespreid op zijn bed
En hij kwam
En sloot de deur
Om hen beiden
En hij bad tot de Eeuwige
En hij ging op het kind liggen
Plaatste zijn mond
Op zijn mond
En zijn ogen
Op zijn ogen
En zijn handpalmen
Op zijn handpalmen
En hij strekte zichzelf
Over hem uit
En het lichaam
Van het kind werd warm
En hij keerde terug
En liep in het huis
Nu eens hier
Nu eens daar
En hij ging naar boven
En legde zichzelf op hem
En de jongen niesde
Tot zeven keer
En de jongen opende zijn ogen
En hij riep Gechazi en zei:
Roep die Sunamitische
En hij riep haar
En ze kwam naar hem
En hij zei:
Pak je zoon op
En ze kwam
En viel aan zijn voeten
En boog naar de grond
En ze pakte haar zoon op
En vertrok
En Elisha keerde terug naar Gilgal
En er was hongersnood in het land
En de discipelen van de profeten
Zaten voor hem
En hij zei tegen zijn dienaar:
Zet de grote pot op het vuur
En maak een stoofpot
Voor de discipelen van de profeten
En een ging naar het veld
Om kruiden te verzamelen
En hij vond een wijnstok
In het veld
En hij verzamelde daar
Wilde paddenstoelen
Zijn mantel vol
En hij kwam
En hij snipperde ze
In de stoofschotel
Want zij wisten het niet
En zij schepten op
Voor de mensen om te eten
En het gebeurde
Toen ze van de stoofschotel aten
Dat ze het uit schreeuwden
En zeiden:
Dood in de pot
Oh man van God!
En ze konden niet eten
En hij zei:
Haal bloem
En hij strooide dat in de pot
En hij zei:
Schep het voor de mensen op
En laat hen eten
En er waren geen
Giftige ingrediënten in de pot
En een man kwam uit
Ba’al Shalishah
En hij bracht naar de man van God
Brood van de eerste vruchten
Twintig broden van gerstebrood
En schoven van vers graan
In hun schillen
En hij zei:
Geef het aan de mensen
En laat hen eten
En zijn dienaar zei:
Hoe kan ik dit voor
Honderd mannen neerzetten?
En hij zei:
Geef het de mensen
En laat ze eten
Want zo heeft de Eeuwige gezegd:
Ze zullen eten
En overlaten
En hij plaatste het voor hen
En zij aten
En lieten over
Volgens het woord van de Eeuwige
(eigen vertaling)

Ik krijg bij de wonderen van Elisha
Een huiselijk gevoel
Eerst wekt hij het dode kind
Heel intiem weer tot leven
Daarna gaat het over voedsel
Vergiftigd stoofpotje wordt weer eetbaar
En het brood van het eerste graan
Is onuitputtelijk genoeg
Voor alle mensen
Gezellig

Het weer is schijt
Aan dronken naadje
Geen licht
De hemel op je hoofd
Zwaar als de wereld
In je nek
En ik maak er
Een potje van
Soms voelt het
Alsof ik uit mijn voegen barst
Groots en meeslepend
Was het plan
Maar de dagen zijn grauw
En benauwd

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, kom-maar-door-met-‘t-zonnetje-story



Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , | Leave a comment

Haar ziel is bitter tegen haar

En het kind groeide op
En op een dag ging hij uit
Naar zijn vader
Naar de maaiers
En hij zei tegen zijn vader:
Mijn hoofd!
Mijn hoofd!
En hij zei tegen de knecht:
Draag hem naar zijn moeder
En hij droeg hem
En bracht hem naar zijn moeder
En hij zat op haar knieën
Tot de middag
En hij stierf
En ze ging naar boven
En legde hem op het bed
Van de man van God
En zij sloot om hem heen af
En vertrok
En ze riep haar man en zei:
Stuur me alsjeblieft
Een van de knechten
En een van de ezelinnen
En ik zal me
Naar de Man van God haasten
En terugkeren
En hij zei:
Waarom ga je vandaag
Naar hem toe?
Het is noch nieuwe maan
Noch shabbat
En zij zei:
Het is goed
En ze zadelde de ezelin
En ze zei tegen haar knecht:
Rijd en rijd door
Houd niet op met rijden
Vanwege mij
Tenzij ik het je zeg
En ze ging
En kwam bij de man van God
Op de berg Carmel
En het gebeurde
Toen de man van God haar
Van verre zag
Dat hij tegen Gechazi
Zijn dienaar zei:
Hier is die Sunamitische
Ren nu alsjeblieft naar haar toe
En zeg tegen haar:
Gaat het goed met je?
Gaat het goed met je echtgenoot?
Gaat het goed met het kind?
En zij zei:
Het gaat goed met ons
En ze kwam bij de man van God
Op de berg
En ze greep zijn voeten vast
En Gechazi kwam dichterbij
Om haar weg te duwen
Nu zei de man van God:
Laat haar
Want haar ziel
Is bitter tegen haar
En de Eeuwige hield het verborgen
Voor mij
En vertelde het me niet
En zij zei:
Heb ik aan meneer
Om een zoon gevraagd?
Zei ik niet:
Misleid me niet?
En hij zei tegen Gechazi:
Omgord je lendenen
En neem mijn staf in je hand
En ga
Als je iemand tegenkomt
Groet die niet
En als iemand jou groet
Geef hem geen antwoord
En je zult mijn staf
Op het gezicht
Van de jongen leggen
En de moeder van de jongen zei:
Zo waar de Eeuwige leeft
En bij jouw leven
Ik zal je niet verlaten
En hij stond op
En ging haar achterna
En Gechazi ging voor hen uit
En hij legde de staf
Op het gezicht van de jongen
En er was geen geluid
Noch enige aandacht
En hij keer naar hem terug
En zei tegen hem:
De jongen is niet ontwaakt
(eigen vertaling)

Och, je begrijpt de bitterheid van de moeder
Die het nog maar eens inwrijft bij Elisha:
Heb ik om een kind gevraagd?
Zei ik niet; misleid me niet?
Niets zo erg
Als je kind sterft

Ik ben ook bitter geweest
Naar de mensen om me heen
Afgelopen weken
Best lang eigenlijk
Mijn hart deed zeer
Diepe pijn
Narcistische pijn
Als je hart naar iets verlangt
En het wordt je afgenomen
Ik hoop nu
Dat de scherpe randjes eraf zijn
Dan ga ik weer eens lief doen
Naar de mensen om me heen

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, shabbat-shalom-story


Posted in @home, @Work, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , | Leave a comment

Misleid uw dienstmaagd niet

Nu riep een vrouw
Een van de vrouwen
Van de discipelen van de profeten
Naar Elisha
En zei:
Uw dienaar, mijn echtgenoot
Is gestorven
En je weet dat uw dienaar
Ontzag had voor de Eeuwige
En de schuldeiser is gekomen
Om mijn twee kinderen
Mee te nemen
Voor zichzelf
Als slaven
En Elisha zei tegen haar:
Wat zal ik voor je doen?
Vertel me wat je in het huis hebt
En ze zei
Uw dienstmaagd heeft niets
In het huis
Behalve een kruik met olie
En hij zei:
Leen voor jezelf vaten
Van buiten
Van al je buren
Leen niet slechts
Een paar lege vaten
En je zult thuiskomen
En de deur sluiten
Achter jezelf
En je zonen
En je zult in alle vaten gieten
En de volle moet je wegdragen
En ze ging weg van hem
En sloot de deur achter zich
En achter haar zonen
Ze brachten vaten naar haar
En ze goot ze vol
En het gebeurde toen de vaten
Vol waren
Dat ze tegen haar zoon zei:
Breng me nog een vat
En hij zei tegen haar
Er is geen ander vat meer
En de olie stopte
En ze kwam
En vertelde de man van God
En hij zei:
Ga de olie verkopen
En betaal je schuld
Jij en je zonen
Zullen van de rest leven
En het gebeurde die dag
Dat Elisha zo ver als Shunem ging
En er was daar
Een vooraanstaande vrouw
Die er op stond
Dat hij een maaltijd at
En wanneer hij ook maar langs kwam
Stopte hij daar
Om een maaltijd te eten
En ze zei tegen haar echtgenoot:
Zie nu
Ik weet dat hij een heilige man
Van God is
Die vaak bij ons langskomt
Laten we nu een kleine
Ommuurde bovenkamer maken
En daar een bed voor hem plaatsen
Een tafel
Een stoel
En een lamp
En het zal gebeuren
Dat wanneer hij bij ons komt
Hij daarheen zal gaan
En het gebeurde op een dag
Dat hij daarheen ging
En dat hij in de bovenkamer ging
En daar ging liggen
En hij zei tegen Gechazi
Zijn bediende:
Roep deze Sunamitische
En hij riep haar
En ze stond voor hem
En hij zei tegen hem:
Zeg haar alsjeblieft:
Zie, je hebt je voor ons
Beziggehouden
Met al deze moeite
Wat kunnen we voor je doen?
Kunnen we namens jou
Met de koning spreken
Of de generaal van het leger?
En zij zei:
Ik verblijf te midden van mijn volk
En hij zei:
Wat kunnen we nu doen voor haar?
En Gechazi zei:
Inderdaad, ze heeft geen zoon
En haar man is oud
En hij zei:
Roep haar
En hij riep haar
En ze stond in de deuropening
En hij zei:
Op deze tijd volgend jaar
Wanneer je levend zult zijn
Zoals nu
Zul je een zoon omhelzen
En ze zei: Nee, meneer
Oh, man van God
Misleid uw dienstmaagd niet
En de vrouw werd zwanger
En baarde een zoon
Op deze tijd
Een jaar later
Wat Elisha tegen haar
Gesproken had
(eigen vertaling)

Twee wonderen die Elisha bewerkstelligt
En opnieuw is er sprake van olie
Die blijft schenken
Zoals bij het verhaal van chanoeka
Toen één kruikje olie
Slechts geschikt voor één dag
Een week lang bleef schenken
Net zolang totdat er nieuwe olie geperst was
En de tempel verlicht zou zijn

Ik vertel mijn moeder
Over de tulpjes op mijn tafel
Ik had ze met korting gekocht
En ze waren echt niet best
Hingen over de rand
Van de kristallen vaas
Van mijn oma
Maar nu zijn ze helemaal opgekomen
Mijn moeder heeft ook tulpen gekocht
Zo vers als maar kan natuurlijk
Knal rode
Dat past het best in haar interieur
Of anders alle kleurtjes
Dat vindt ze ook leuk
Maar ze zal nooit in december tulpen kopen
Ik ook niet!
Tulpen zijn de eerste tekenen van het voorjaar
Waar we allebei zo naar verlangen

Jezzebel
Tussen water en water

Art: Pascale, let-it-blossom-let-it-grow-story



Posted in @home, kunst, literatuur, Thuis | Tagged , , | Leave a comment

Voor de liefhebbers

how lovely

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, of-my-own-story

Posted in @home, Jezzebel for Dummies, kunst, literatuur | Tagged | Leave a comment

Noch naar je kijken, noch je zien

En Elisha zei tegen de koning
Van Jisraël:
Wat heb ik met jou te maken?
Ga naar de profeten van je vader
En naar de profeten van je moeder!
En de koning van Jisraël
Zei tegen hem:
Zeg dat niet
Want de Eeuwige
Heeft deze drie koningen geroepen
Om hen in de handen
Van Moab uit te leveren
En Elisha zei:
Zo waar de Eeuwige
Van de legermachten leeft
Voor Wie ik heb gestaan
Ware het niet dat ik respect heb
Voor Jehoshafat koning van Judah
Zou ik noch naar je kijken
Noch je zien
En haal nu een muzikant* voor me
En het gebeurde
Toen de muzikant speelde
Dat de hand van de Eeuwige
Op hem kwam
En hij zei:
Zo heeft de Eeuwige gezegd:
Deze vallei zal vol
Met waterpoelen komen te staan
Want zo heeft de Eeuwige gezegd:
Je zult geen wind zien
Noch zul je regen zien
Toch zal de vallei
Gevuld worden met water
En jij, je vee en je dieren
Zullen drinken
En dit zal gering zijn
In de ogen van de Eeuwige
En Hij zal Moab
In jullie handen uitleveren
En je zult elke ommuurde stad
En elke stad van je keus raken
En je zult elke goede boom vellen
En je zult alle bronnen van water
Dichtstoppen
En je zult elk goed veld
Met stenen bezaaien
En het gebeurde in de ochtend
Toen het spijsoffer werd gebracht
Dat, zie, water kwam over de weg
Van Edom
En het land werd gevuld met water
En alle Moabieten hadden gehoord
Dat de koning was opgetrokken
Om oorlog tegen hen te voeren
En zij verzamelden zich
Iedereen oud genoeg
Om een zwaard om te gorden
En ouder
En ze stonden aan de grens
En ze stonden vroeg op
In de ochtend
Toen de zon op het water scheen
En de Maobieten zagen het water
Uit de verte
Rood als bloed
En ze zeiden:
Dit is bloed!
De koningen hebben
Met elkaar gevochten
En hebben elkaar gedood
En nu
Naar de buit, Moab!
En ze kwamen bij het kamp
Van de Jisraëlieten
En de Jisraëlieten stonden op
En sloegen de Moabieten
En ze vluchtten voor hen uit
En ze vielen hen aan
En ze sloegen de Moabieten neer
En ze verwoestten de steden
En ieder gooide zijn steen
Op elk vruchtbaar veld
En vulde het op
En ze verstopten iedere waterbron
En ze velden elke goede boom
Totdat zij alleen de stenen
Van Kir Chareshet over lieten
En de mannen met katapulten
Omsingelden het
En versloegen het
En de koning van Moab zag
Dat de mannen van oorlog
Sterker waren dan hij
En hij nam zevenhonderd mannen
Met zich mee
Die hun zwaard trokken
Om een weg te banen
Naar de koning van Edom
Maar dat lukte hen niet
En hij nam zijn eerstgeborene
Die na hem zou regeren
En bracht hem als een brandoffer
Aan de muur
En er kwam grote woede
Over Jisraël
En zij trokken zich terug van hem
En keerden terug
Naar het land
(eigen vertaling)

* De geschriften zeggen
Dat Elisha zo boos was
Dat de shechina
Het vrouwelijke gedeelte van God
Dat onder de mensen is
Vol geduld en compassie
Hem had verlaten
Pas toen er muziek gespeeld werd
Keerde haar lieflijkheid terug

Gisteren volle doos eieren
Aan de buurman gegeven
Nog drie dagen voor de
Tenminste-tot-datum
Ik kom er niet meer aan toe
En aangezien de buurman
Zijn dag altijd begint
Met eieren, spek en knoflooksaus
Was hij er blij mee
En appte deze ochtend:
Dankjewel mooi kippetje
Voor je eitjes
Ik fronste mijn wenkbrauwen
En appte:
Nu klink je als die ander:
Eten, kippie naaien, slapen
En toen kwam het voice bericht
Want oi, oi, oi
Hij die eerder nog zei
Geen relatiemateriaal te zijn
Met een muur om zich heen
Heeft het er over
Dat die ander zijn vrouwen
Weggooit
Maar dat hij daarentegen
Zijn vrouwen bemint
Hij is een trouwe tweevoeter
En toen kon ik het niet laten:
Nou, die ander gooit niet
Al zijn vrouwen weg hoor
Hij is nu erg verliefd
Dus dat gaat goed
Daar heeft de buurman
Helaas
Niet meer op geantwoord

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, mannen!-story



Posted in @home, @Work, Bonje in het bejaardenhuis, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , | Leave a comment

Is er hier geen profeet?

En Jehoram de zoon van Achav
Regeerde over Jisraël in Samaria
In het achttiende jaar van Jehoshafat
Koning van Judah
En hij regeerde twaalf jaar
En hij deed wat slecht was
In de ogen van de Eeuwige
Maar niet zoals zijn vader
En moeder
En hij verwijderde
Het monument van Ba’al
Dat zijn vader had gemaakt
Alleen aan de zondes van Jeroboam
De zoon van Nevat
Die ervoor zorgde dat Jisraël zondigde
Hield hij zich vast
Hij week er niet van af
Nu was Mesha de koning van Moab
Een schaapsherder
En hij betaalde geregeld
Belasting aan de koning van Jisraël
Honderdduizend lammeren
En honderdduizend rammen
Met hun wol
En het gebeurde toen Achav stierf
Dat de koning van Moab
Tegen de koning van Jisraël
In opstand kwam
Nu ging koning Jehoram
Die dag er op uit
En telde heel Jisraël
En hij ging en riep Johoshafat
Koning van Judah
En zei:
De koning van Moab
Is tegen mij in opstand gekomen
Wil je met mij ten strijde trekken
Tegen Moab?
En hij zei:
Ik zal optrekken
Ik zal zoals jij zijn
Mijn volk zoals jouw volk
Mijn paarden zoals jouw paarden
En hij zei:
Via welke weg zullen we optrekken?
En hij zei:
Via de weg door de woestijn van Edom
En de koning van Jisraël
En de koning van Judah
En de koning van Edom gingen
En ze maakten een omweg
Een reis van zeven dagen
En er was geen water
Voor het legerkamp
Of voor de dieren
Die bij hen waren
En de koning van Jisraël zei:
Aha!
Omdat de Eeuwige
Deze drie koningen heeft geroepen
Om ze uit te leveren
In de handen van Moab!
En Jehoshafat zei:
Is er geen profeet van de Eeuwige hier
Zodat we de Eeuwige kunnen raadplegen
Via hem?
En één van de koningen
Van Jisraël antwoordde:
Hier is Elisha de zoon van Shafat
Die water goot
Over de handen van Eliah
En Jehoshafat zei:
Het woord van de Eeuwige is met hem
En de koning van Jisraël
En Jehoshafat
En de koning van Edom
Gingen naar hem toe
(eigen vertaling)

Uitgebreide oorlogsvoorbereidingen
Voor de drie koningen
Maar geen water voor het legerkamp
Of de dieren
Lijkt mij een groot probleem

Het is alsof ik uitgehongerd ben
Mijn geest heeft grote dorst
Stimulering van mijn hersens please
Ik snak naar intellectuele zaken
Naar kunst
Cultuur
Literatuur
Naar vrije denkers
Naar alles en iedereen die probeert
Het leven beter
En interessanter te maken
Daar is een armzalige gort droogte aan
In mijn leven
Moge het sappiger worden

Jezzebel,
Tussen water en water

Art: Pascale, surprise-me-story



Posted in @home, kunst, literatuur, Own Art | Tagged , , , | Leave a comment